15 JULI 1953
183
Na de pauze deelt de heer VAN SWOL mede, dat hij omtrent het
onderzoek van de geloofsbrieven gaarne in een besloten zitting een
en ander zou willen mededelen.
De VOORZITTER merkt op, dat over deze aangelegenheid niet in
een besloten vergadering mag worden beraadslaagd.
De heer VAN SWOL zegt, dat hij zijn vraag niet graag in een
openbare vergadering stelt, doch als het niet anders kan, zal hij
het moeten doen.
Spreker zegt de geloofsbrieven van de heer Stubenrouch te heb
ben gezien en naar zijn mening zijn deze niet volledig.
De heer Stubenrouch geeft les aan de Middelbare Meisjesschool.
Iemand die les geeft aan een school voor middelbaar onderwijs kan
geen lid van de raad zijn. Spreker zegt de heer Stubenrouch niet
uit de raad te willen weren de heer Stubenrouch weet wel beter
doch ten opzichte van cTe nieuwe raad wil spreker de zaak zuiver
stellen.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders
alsnog ten aanzien van de door de heer Van Swol gemaakte, opmer
king een onderzoek zullen instellen. Spreker stelt voor de geloofs
brieven van alle raadsleden in orde te bevinden en tot toelating tot
de raad van de benoemden te besluiten, met uitzondering van de
heren G. E. Stubenrouch en J. P. Hustinx.
4. Intrekking verordening op de heffing van inentingsgelden.
Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten.
5a. Treffen van voorziening aan het z.g. „Oude Vestriooi".
De heer VAN GISBERGEN verzoekt zo weinig mogelijk objecten
tegelijk aan te pakken. Aan de Wilhelminasingel werken volgens
spreker slechts een paar mensen. Het duurt allemaal zolang, dit
is zeker in het nadeel van de in de buurt wonende zakenmensen.
Bij centralisatie van de objecten zal de uitvoering veel vlugger gaan.
Spreker is' niet tegen het voorstel als zodanig.
Wethouder VAN HOUTEN deelt mede, dat het bij werkverrui
mingsobjecten niet mogelijk is deze in gedeelten uit te voeren op
straffe van verlies van het rijkssubsidie. De werken moesten op 1
Maart j.l. worden begonnen. Met betrekking tot het onderhavige
Voorstel zal alles worden gedaan om te bevorderen dat de te treffen
voorziening in werkverruimingswerk wordt uitgevoerd. Zou dit niet
gelukken dan zal de gemeente het werk zelf moeten doen uitvoeren.
Spreker vraagt of de raad zich hiermede kan verenigen.
De Raad besluit overeenkomstig het voorstel met dien verstande,
dat zo nodig het werk ook buiten werkv'erruimingsverband kan
worden uitgevoerd.
5b. Aanleg van een gedeelte trottoir in de Heuvelstraat.
5.c. Bestrating van de Lovensdijkstraat.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
6. Bouw van twee bruggen over de Wilhelminasingel.