15 JULI 1953 193 Rondvraag. De hoer DE ROOS wijst op het grote slipgevaar in de bocht van de Haagweg na,bij de Heuvelstraat. Hij vraagt hiervoor ter plaatse een waarschuwingsbord te doen plaatsen. Mej. KOPPELAAR zegt, dat de ouden van dagen gedupeerd zijn door de afsluiting van het Valkenberg. Zij vraagt enige banken te plaatsen langs de singels nabij de ingang van het Valkenberg. Tevens vraagt zij een paar banken te plaatsen nabij het postkan toor op het Stationsplein ten behoeve van de ouden van dagen, die even kunnen; rusten als zij hun ouderdomsrenten gaan halen. De heer F. MOL zegt, dat de beplanting in deze gemeente veel bewondering' afdwingt. Vele mensen komen kijken naar het Valken berg, het Van Sonsbeeckpark en de Engelse tuin in het Brabantpark. Hij vraagt de planten te voorzien van duidelijk zichtbare naamsaan- duidingen. Wethouder VAN HAPEREN kan de Vraag van de heer F. Mol niet anders dan toejuichen. Indien echter gewacht wordt, zijn de feesten en het seizoen voorbij. Hij wil graag aan het verzoek voldoen en hij verzoekt de raad om Burgemeester en Wethouders te machti gen daaraan uitvoering te geven. De heer VAN DEN EEDEN verzoekt, naast de Latijnse naam, ook de gangbare Nederlandse naam aan te geven. De raad machtigt Burgemeester en Wethouders aan het verzoek te voldoen. De heer F. MOL zegt, dat Burgemeester en Wethouders in hun antwoord met betrekking tot de voorlichting bij de inrichting van het Oude Mannenhuis tot tentoonstellingsgebouw mededelen, dat zij het advies hebben gevraagd van Prof. F. A. Eschauzier. Op zijn sug gestie, een commissie van ter zake deskundigen uit de gemeente te benoemen, geven Burgemeester en Wethouders geen antwoord. Als nog zou hij gaarne hierop antwoord willen ontvangen. De heer WEZENBEEK wijst op de zeer slechte toestand van het wegdek van de Nieuwe Ginnekenstraat en de Wilhelminastraat. Hij vraagt, in afwachting van de algehele vernieuwing van het wegdek, de verzonken keien te laten ophalen. Tevens verzoekt spreker de tegels in de Fr. Rooseveltlaan, die door de werking van de boomwortels ongelijk zijn komen te liggen, gelijk te laten leggen. De heer BRINKERHOF zegt, dat het schriftelijk antwoord van Burgemeester en Wethouders met betrekking tot zijn vraag, inzake de dakgoten van de school Pijnboomstraat, hem niet bevredigt. Het wil er bij hem niet in, dat de dakgoten en afvoerpijpen weggelaten zijn uit bezuinigingsoverwegingen. Hij verzoekt op deze aangelegen heid te mogen terugkomen wanneer hij een en ander nader heeft onderzocht. Mevrouw SLOT-PLATTEL klaagt over de overhangende beplan ting van de tuinen in de Prins Hendrikstraat. Het blijkt, dat de poli tie daar niets tegen kan doen en dat politiedwang niet mogelijk is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 193