194 15 JULI 1953 Volgens spreekster kan dit echter zo maar niet toegelaten worden. Zij verzoekt die maatregelen te nemen die nodig zijn om de op het trottoir overhangende beplanting te doen verwijderen. De heer BRINKERHOF zegt, dat dit niet alleen in de Prins Hen drikstraat maar ook in de Overakkerstraat en in de Zandberglaan voorkomt. Het spijt spreker, dat de Commissaris van Politie op het desbetreffende verzoek om hieraan een einde te maken, een ontwijkend antwoord heeft gegeven. Het Burgerlijk Wetboek zegt in artikel 714, dat „Hij, op wiens erf de takken der bomen van zijn nabuur overhangen, kan de laatstgenoemde noodzaken die takken af te snijden" terwijl verder in artikel 427, 4e lid van het wetboek van strafrecht staat, dat men geen schade of hinder aan derden mag aanbrengen. Spreker kan zich voorstellen, dat de Commissaris van Politie toch geen wetskennis bijgebracht behoeft te worden. De VOORZITTER zegt toe een en ander te zullen onderzoeken. De heer VAN GILS zegt gehoord te hebben, dat het platform van de muziekschelp in het Valkenberg te klein is om een behoor lijk muziekgezelschap op te plaatsen. Hij vraagt of dit zo is. De hear KAMPHUIJS wijst er, in verband met de door de heer F. Mol gestelde vraag met betrekking tot de inrichting van het tentoonstellingsgebouw op, dat er in de Culturele Werkgemeen schap een sectie Beeldende Kunst is. De heer BREKELMANS ondersteunt het verzoekt van Mej. Koppe laar om banken te plaatsen voor de ouden van dagen langs de singels nabij het Valkenberg. Hij vindt het niet toe te juichen, dat het Valkenberg voor de werkzaamheden van de K.M.A.-feesten werd afgesloten. Als men bang was voor het vandalisme van de jeugd had men het toezicht kunnen opdragen aan een parkmeester, dig de jeugd op behoorlijke afstand had kunnen houden. Verder brengt spreker onder de aandacht, dat het gemeentebe stuur de Stichting toestemming heeft gegeven alle concerten in het Valkenberg te houden. Dit acht spreker niet juist. De concerten moeten ook te beluisteren zijn zonder betaling. De heer RATTINK zegt, dat Burgemeester en Wethouders in hun antwoord inzake de subsidiëring Van de buitenleerlingen van de Mater Amabelisschool zeggen, dat getracht zal worden het sub sidie voor de buitenleerlingen op de betrokken gemeenten te ver halen. Spreker vraagt wat gedaan wordt als de buitengemeenten niet betalen. De heer VAN KAMPEN vindt het antwoord op zijn vraag met betrekking tot het electrisch vegen van schoorstenen niet erg seri eus gesteld. Spreker had het verstandiger gevonden dat er een technisch ambtenaar op uit was gestuurd om de zaak te onder zoeken en contact op te nemen met diegenen, die de eiectrische vegers exploiteren. In de toekomst zullen de schoorstenen alleen electrisch worden geveegd, zodat het volgens spreker noodzakelijk is, dat de schoorstenen zodanig worden gebouwd, dat de apparaten kunnen worden gebruikt. Hij verzoekt alsnog te willen nagaan of de schoorstenen ruimer kunnen worden gebouwd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 194