6 AUGUSTUS 1953 205 De heer VAN KAMPEN meent, dat zeker gesteld kan worden, dat de kermisexploitanten voor een lager bedrag zouden hebben ingeschreven, wanneer zij geweten hadden, dat de kermis gelijk viel met een deel der feesten. Hun is echter de suggestie gewekt, dat dit juist niet het geval zou zijn. De VOORZITTER antwoordt, dat hierin juist een reden heeft gelegen voor het college van Burgemeester en Wethouders om na der overleg te plegen met de betreffende kermisexploitanten. Overigens staat de betreffende vrijwillige medewerking van het ge meentebestuur buiten het juridisch contract der verpachtingen. De heer VERMEULEN zegt nog steeds in het duister te tasten omtrent de motieven, welke tot verlenging van de feesten hebben geleid. Het is juist, dat verpachtingen tot een bedrag van f 500. door de raad aan Burgemeester en Wethouders zijn gedelegeerd. De prijs van f 500.- moet echter een reële zijn. Wat de huurwaar de van het Valkenberg betreft, deze lijkt spreker te liggen boven dat bedrag. Spreker meent, dat het dan onjuist is de cTelegatiebe- palingen te gebruiken. Tussen de stichting en de gemeente bestaat een subtiel spel van wederzijdse verantwoordelijkheden. De ge meente behoudt daarbij een zekere morele aansprakelijkheid ten aanzien van doen en laten der stichting. De heer KAMPHUIJS wil gaarne met nadruk onderstrepen het vele en zeer verdienstelijke werk, dat de stichting heeft gedaan. Dit uitdrukkelijk vooropstellende kan hij toch ook de bezwaren onderschrijven, die de verschillende leden naar voren hebben ge bracht. De heer KRAMERS merkt op, dat hij persoonlijk geen voorstan der is geweest van Verlenging der feesten. Ten aanzien hiervan moet men echter een zelfde norm aanleggen als gesteld is bij het besluit om deze feesten te doen organiseren, nl. de zelfstandige ver antwoordelijkheid, welke daarbij is gegeven aan het stichtingsbe stuur, moet nu ten aanzien van de Verlenging niet beknibbeld wor den. Naar sprekers mening moet de raad zeggen: het is goed, het stichtingsbestuur kan zijn gang gaan. De SECRETARIS, als voorzitter van het stichtingsbestuur nog maals het woord krijgende, merkt op, dat het stichtingsbestuur gebleken was, dat elders een verlenging der feesten op prijs zou worden gesteld. Tal van aanvragen in het bijzonder uit het Noor den van het land kwamen binnen juist voor de tweede week van Augustus. Dit hing weer samen met het feit, dat (anders als in de bouwnijverheid) in de meeste bedrijven de vacantieweek lag tus sen 9 en 16 Augustus. Een en ander is voor het stichtingsbestuur uiteindelijk aanleiding geworden om tot de verlenging te besluiten. De VOORZITTER is het met de heer Vermeulen volkomen eens, dat het nodig is zeer voorzichtig te zijn met de interpretatie van delegatiebesluiten. Burgemeester en Wethouders hebben zich verenigd met de ver lenging der feesten, daarbij denkende aan het belang van de stad en vertrouwende, op de goede talenten, welke het stichtingsbestuur kennelijk bezit. Spreker zou het ten zeerste betreuren wanneer de raad zijn medewerking zou onthouden tot Verlenging der feesten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 205