1 SEPTEMBER 1953 233 Uitgebracht worden 37 stemmen, waarvan 1 ongeldig. Van de 36 geldige stemmen verkrijgt de heer Romsom 31, de heer Meijs 3 en de heer Mol 2 stemmen, zodat de heer Romsom is benoemd. Desgevraagd verklaart de heer ROMSOM zijn benoeming te aan vaarden onder dankzegging voor het door de raad in hem gestelde vertrouwen. Bij de stemming voor de tweede wethouders-vacature worden uitgebracht 37 stemmen, waarvan 35 op de heer Stubenrouch, 1 op de heer Van den Eeden en 1 op de heer Meijs, zodat de heer Stubenrouch is benoemd. Desgevraagd verklaart de heer STUBENROUCH zijn benoeming te aanvaarden onder dankzegging voor het in hem gestelde vertrou wen. Bij de 3e stemming worden uitgebracht 37 geldige stemmen, waarvan 34 op de heer Van Houten, 2 op de heer Minderhoud en 1 op de heer Meijs, zodat de heer Van Houten is benoemd. Desgevraagd verklaart de heer VAN HOUTEN zijn benoeming te aanvaarden onder dankzegging voor het in hem gestelde vertrouwen en de hoop uitsprekende op een goede samenwerking met de raad. De heer SONDERMEIJER stelt de heer Meijs candidaat voor de 4e wethoudersvacature. Naar sprekers oordeel heeft de heer Meijs de wethoudersfunctie in het verleden goed vervuld en namens zijn fractie deelt hij mede op prijs te zullen stellen wanneer de heer Meijs opnieuw zal worden benoemd. De heer VAN BIJNEN stelt de heer Van den Eeden voor deze vacature candidaat. De heer KRAMERS merkt op, dat een benoeming van de heer Van den Eeden tot gevolg zou hebben, dat 3 leden van het college van Burgemeester en Wethouders zouden behoren tot de bevol kingsgroep van de werknemers. Spreker kan dit geen redelijke ver deling der zetels vinden. Uitdrukkelijk stellende, dat hij geen per soonlijke bezwaren tegen de heer Van den Eeden heeft, deelt hij mede, dat hij om deze reden diens candidatuur niet zal kunnen steunen. De heer VAN GISBERGEN sluit zich hierbij aan. Vervolgens wordt overgegaan tot stemming, waarbij uitgebracht worden 37 geldige stemmen, waarvan 14 op de heer Van den Eeden, 12 op de heer Meijs, 9 op de heer Jongbloed, en op de heren Minder houd en Toxopeus elk een. Daar niemand de vereiste meerderheid heeft behaald wordt over gegaan tot een tweede vrije stemming, waarbij worden uitgebracht 19 stemmen op de heer Meijs en 18 stemmen op de heer Van den Eeden, zodat de heer Meijs is benoemd. Desgevraagd verklaart de heer MEIJS zijn benoeming te aan vaarden onder dankzegging voor het vertrouwen in hem gesteld, door degenen die op hem gestemd hebben. De VOORZITTER wenst de juist benoemde wethouders met hun verkiezing geluk, daarbij de hoop uitsprekende, dat de raad het college van Burgemeester en Wethouders het vertrouwen zal wil-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 233