16 SEPTEMBER 1953 251 mogelijk, omdat het terrein geen gemeente-eigendom is. Het verslag van de vereniging heeft destijds ter inzage gelegen; hij meent dat de commissie voor financiële zaken de stukken heeft gezien. Met betrekking tot de opmerking van de heer Brinkerhof deelt spreker mede, dat de beide verenigingen reeds zijn samengesmolten. Hij meent wel, dat het grote publiek zich meer aangetrokken voelt tot het paardenrennen, dan tot het springen. Verder deelt hij mede, dat het Rijk oorlogsschade heeft uitgekeerd voor de tribune. Hij gelooft niet, dat de paardensport momenteel al leen een liefhebberijtje is voor militairen. Het blijkt, dat het over het algemeen burgers zijn, die thans deze sport beoefenen. Spreker vindt het standpunt van de heer Jongbloed juist. Het is niet te verwachten, dat binnen een reeks van jaren dit geld is terug te krijgen. Hij stelt voor het voorstel van Burgemeester en Wethouders te accepteren. Met 23 stemmen vóór en 8 tegen, wordt het voorstel aan genomen. Voor stemden Mevr. Slot-Plattel, Mej. 't Sas en de heren Vermeu len, Jongbloed, Verschuren, van de Noort, Mendes, van Gisbergen, Bliek, Stubenrouch, Klompers, Meijs, Nieuwlaat, Kools, Minderhoud, Mol, Sondermeijer, van Bijnen, Bastiaansen, Romsom, Toxopeus, Brekelmans en van Houten. Tegen stemden de heren Brinkerhof, Kramers, van Boxtel, Kroon, van den Eed'en, Hulskramer, Kamphuys en Rattink. 14. Aankoop van enige percelen en van grond. Overeenkomstig de voorstellen wordt besloten. 15. Verkoop van grond en stukken grond. 15f. Verkoop van grond in Boeimeer. De heer JONGBLOED merkt op, dat de grond verkocht wordt om er bungalows te bouwen. Spreker vraagt zich af of dit geen schade kan doen aan het ge hele bebouwingsplan. Hebben Burgemeester en Wethouders over wogen, dat daar een nieuwe stadswijk moet komen? Spreker is bang, dat hier iets gebouwd gaat worden, wat niet bij de omgeving zal passen. Wethouder VAN HOUTEN zegt, dat de wijziging van het uitbrei dingsplan Boeimeer geen enkele schade brengt aan de oorspronkelijke opzet van het geheel. Aanvankelijk waren er zeer eenvoudige wo ningen geprojecteerd. De bungalows zullen het geheel aantrekkelij ker maken. Zonder verdere beraadslaging wordt conform de voor stellen 15a t/m g besloten. 16. Vervallen. 17. Ruiling van grond aan de Liniestraat en Baliëndijk en voor tijdige uit de pacht neming. De heer BREKELMANS zegt, dat bij ruiling een commissie van deskundigen wordt benoemd, waarvan één deskundige door de ge meente en één deskundige door de tegenpartij wordt aangewezen, ter wijl deze beiden een derde deskundige benoemen, om een rapport uit te brengen. Spreker vraagt wat uiteindelijk het rapport voor waarde heeft voor de partijen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 251