14 OCTOBER 273 ter en Wethouders geen reden om het stuk voor kennisgeving aan te nemen? De VOORZITTER verzoekt de raad het antwoord van Burgemees ter en Wethouders af te wachten en de kwestie noch direct noch zijdelings in discussie tel brengen. De heer JONGBLOED kan zich hiermede verenigen. Wat hij wilde zeggen wil hij gaarne opschorten tot deze zaak bij het prae-advies aan de orde komt. Ook de heer TOXOPEUS gaat hiermede accoord, mits het prae- advies niet te lang op zich laat wachten. Het ingekomen stuk wordt in handen van Burgemeester en Wethouders gesteld voor het uitbrengen van een prae- advies. 3a. Exploitatie-berekeningen uitbreidingsplannen „Liniestraat" en „Brabantpark Ai". De heer QUAEDVLIEG zegt dat er reeds herhaaldelijk gewezen is op het belang van het aantrekken van industrieën. Hij kan zich dan ook met de exploitatieberekening voor het uitbreidingsplan „Linie straat", dat voorziet in een uitbreiding van terreinen voor het ves tigen van klein-industrieën, geheel verenigen. Hij vraagt zich af of het niet wenselijk is om in bepaalde gevallen nog grotere tegemoet komingen aan te vestigen industrieën te verlenen, om zodoende het aantrekken van industrieën te stimuleren. De heei KAMPHUIJS juicht het voorstel van Burgemeester en Wethouders eveneens van harte toe. Spreker wil echter niet zover gaan als de heer Quaedvlieg voorstelt. De verschillende gemeenten moeten niet tegen elkaar opbieden om een bepaalde industrie ge vestigd te krijgen. Dat is ook niet bevorderlijk voor de industrieën zelf. Gedeputeer de Staten zullen in deze bijtijds moeten ingrijpen. De heer TOXOPEUS zegt ook voorstander van industrialisatie te zijn. Hij gelooft niet dat de verkoopsprijs van de grond nog lager gesteld moet worden. Hij is geen tegenstander van de suggestie van de heer Quaedvlieg, ofschoon hij er tegen wil waken de gemeente als belanghebbende op de een of andere manier in een bedrijf te be trekken. De gemeente mag zelf geen ondernemer worden. Hij vraagt zich afi of het niet wenselijk zou zijn een raadscommissie in te stel len die deze zaken ernstig mee voorbereidt. Hij wil Burgemeester en Wethouders in overweging geven zich hierover te beraden. Wethouder VAN HOUTEN zegt dat Burgemeester en Wethou ders voor de bevordering van de industrialisatie gemeend hebben de grondprijzen te moeten herzien. Het onderhavige voorstel betreft alleen de klein-industrie. Het zullen voor een groot deel verzorgings- bedrijven zijn, die in het Liniestraat-plan zullen komen. Voor groot industrie is er op het ogenblik geen plaats. Daar is het plan in de Crogten voor bestemd. Volgens spreker zal er noch van zijn kant noch van del zijde van het college van Burgemeester en Wethouders medegewerkt worden aan een plan om de gemeente deelgenoot te laten zijn in de ondernemingen. De vraag van de heer Quaedvlieg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 273