296 11 NOVEMBER 1953 advies van Burgemeester en Wethouders is bewust niet op dit terrein getreden. De heer VAN DEN EEDEN merkt op, dat nadat de raad in 1951 een subsidie aan Humanitas had verleend de discussie om trent dit vraagstuk wat meer naar voren is gekomen. Bovendien heeft de praktijk bewezen, dat de humanisten hun werk wel anders zien als in de statuten van Humanitas is gesteld. In dit verband moge spreker wijzen naar een uitlating van Dr Van Praag, voor zitter van het Humanistisch Verbond, waar deze de godsdienst immoreel noemt. In de litteratuur van de Humanisten wordt ge steld, dat het christendom een mythe is, dat de strijd van het Hu manistisch Verbond gaat tegen het christendom en het katholicis me, hetwelk de godsdienst van het pessimisme wordt genoemd. Enige tijd geleden is door het hoofdbestuur van het Humanis tisch Verbond een prijsvraag uitgeschreven met als onderwerp: „Het straffeloos bekorten van het leven van een zieke". Het is voorts bekend, dat bij huisbezoek door de gezinsverzorg sters van Humanitas kinderbeperking wordt aanbevolen. Door dit alles zou men inderdaad de christelijke beginselen zelf aantasten, wanneer men zou besluiten een subsidie te geven aan dit werk. Naar aanleiding van de opmerking van de heer Bliek wijst spre ker erop, dat Erasmus zeker een groot humanist is geweest, echter een humanist die putte uit de christelijke gedachten en die steunde op een godsdienstige overtuiging. De heer QUAEDVLIEG meent, dat de onmiskenbare waarheid, dat de zon voor niets op gaat, nog geen oplossing biedt voor de vraag, waarvoor de raad thans is gesteld. Met da statuten van Humanitas in de hand, heeft de heer Jong bloed opgemerkt: zijn het niet allemaal prachtige dingen die men beoogt In deze statuten is echter ook opgenomen, dat Humanitas zich stelt op een humanistische grondslag en dit is de kern van de vraag waar het om gaat: of een werk op deze grondslag gesteund moet worden. Bij de beoordeling van dit werk moet men dan zowel letten op de idee als op de praktijk ervan. De gelukwens van Hare Majesteit de Koningin bij de opening van een humanistisch kindertehuis, houdt naar sprekers mening, beslist niet in, dat Zij zich accoord zou verklaren met humanistische beginselen. Mevrouw VAN MIERLO-MUTSAERS zou graag het essentiële verschil horen tussen Humanitas en het Humanistisch Verbond. De heer JONGBLOED zegt, dat hij inderdaad niet de indruk heeft gehad dat men uiteindelijk het subsidie aan Humanitas zou weigeren, toen het verzoek daartoe een jaar geleden werd aange houden. Had hij dit kunnen vermoeden, dan had hij daartegen direct verzet aangetekend. Maar hij heeft geheel te goeder trouw in de aanhouding toegestemd. Het aantal leden van Humanitas is ter discussie gesteld. Het is echter niet juist, wanneer men het doet voorkomen, alsof Humani tas juist voor deze leden zou zijn bestemd. De leden zijn juist de mensen die het werk verspreiden, terwijl vooral de niet-leden door Humanitas worden geholpen. De statuten van Humanitas zijn niet anti-godsdienstig. Waarom

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 296