17 DECEMBER 1953
425
beperken. Hij hoopt, dat Burgemeester en Wethouders de noodzaak
hiervan spoedig zullen inzien.
De heer RATTINK acht de witte streep op de Wilhelminasingel
een probleem. Spreker trekt het antwoord van Burgemeester en
Wethouders, dat automobilisten zich van die streep niets zullen
aantrekken, in twijfel. Ook het bezwaar van het parkeren acht
spreker te ondervangen, omdat slechts een gedeelte van de singel
gebruikt wordt voor dat doel en omdat de autobezitters, die daar
wonen, hun wagen in een zijstraat kunnen parkeren. Spreker acht
het het meest belangrijk, dat de fietsers er veilig kunnen rijden.
De heer WEZENBEEK zegt naar aanleiding van volgnummer 164,
dat als er geen geld is voor openbare klokken, het aanbrengen wel
mogelijk is in combinatie met reclame's. Het antwoord van Bur
gemeester en Wethouders bij volgnummer 150 klopt niet met de
gestelde vraag. Spreker heeft gedoeld op een cursus reddend zwem
men voor de hele burgerij.
De heer KROON vraagt de aandacht voor een administratieve
onjuistheid in de toelichting op volgnummer 170.
Spreker acht de functie van H.B.B. van veel belang evenals trou
wens de hele organisatie. Hij zou in overweging willen geven voor
de genoemde functie iemand aan te trekken, die zich geheel aan de
betrekking kan geven. Een specialist dus, die ook propagandist is.
Hij vreest, dat de tegenwoordige functionaris bij eventuele calami
teiten, zijn dienst niet in de steek zal kunnen laten, waardoor hij
belemmerd wordt in zijn functie van H.B.B.. Het uitgetrokken be
drag is voldoende voor een goede kracht.
De heer RATTINK zegt, dat hij twee of drie jaren geleden een
vraag heeft gesteld over de talenkennis van de politie. De commis
saris van Politie beriep zich toen op het ontwikkelingspeil van de
politieambtenaren. Thans wordt als oorzaak genoemd „tijdge
brek". Hij hoopt, dat de politiemannen, die willen studeren, daartoe
in de gelegenheid zullen worden gesteld, vooral de verkeerspolitie.
Mevrouw SLOT-PLATTEL wenst zich bij de heer Rattink aan te
sluiten.
Mevrouw VAN MIERLO-MUTSAERS eveneens. Zij vestigt er de
aandacht op, dat het dragen van een armband, welke de taal aan
geeft, gewenst is.
De heer MENDES vestigt de aandacht op het veelvuldig rijden op
de trottoirs door wielrijders. Dat er regelmatig controle plaats
heeft, vindt spreker niet voldoende; deze controle moet voortdurend
zijn. Spreker vraagt zich af, wat verstaan moet worden onder „een
licht geval". Spreker ziet in het rijden op het trottoir en het niet
voldoende tegengaan daarvan een aantasting van de vrijheid van
de voetganger.
Mevrouw VAN MIERLO-MUTSAERS vraagt zich af wat onder
rijden op een trottoir eigenlijk wordt verstaan. Als men met de
fiets aan de hand over het trottoir loopt, is dat dan ook „rijden"
De heer JONGBLOED zou gaarne wat meer verlichting zien op
de Ginnekenweg-Zandbergweg. Vooral na half twaalf 's avonds
zou wat meer licht geen overbodige luxe zijn. Hoe denkt de ver-
keerscommissie over de witte streep op de Wilhelminasingel?
