438
17 DECEMBER 1953
zijn. Spreker merkt op, dat het vraagstuk van de huisvesting voor
het bureau der Stichting de werkzaamheden even opgehouden heeft.
Hij meent, dat het accent van het cursus geven dient te worden
verlegd naar het cultureel terrein. Het jaar 1953 moet gezien wor
den als aanlooptermijn voor de Stichting en Spr. is van mening, dat
dit niet anders mogelijk was. Hij vindt het prettig dit hier te kun
nen zeggen en dit is niet alleen voor de heer Jongbloed bestemd
maar voor de gehele burgerij van Breda.
De heer JONGBLOED zegt, dat men over het algemeen niet on
gerust behoeft te zijn over het aantal bij het gewestelijk arbeids
bureau ingeschreven werklozen. De schrik slaat Spr. echter om
het hart als hij ziet in welke groepen de meeste werkloosheid
heerst. Zo behoren volgens het overzicht van het gewestelijk ar
beidsbureau van de 1027 ingeschrevenen er 737 tot de groepen 20
en hoger, waaronder 102 vertegenwoordigers, 109 man kantoor
personeel en 430 man huispersoneel en personeel in algemene dienst.
Spreker is van oordeel, dat deze mensen ook bij verruiming van de
arbeidsmarkt niet gemakkelijk weer aan de slag zullen komen.
Hij vraagt de aandacht van het College om deze werklozen door
om- en herscholing wederom geschikt te maken voor inschakeling
in het productieproces. Misschien kan ook de Stichting Maatschap
pelijke Activiteit in deze richting werkzaam zijn en daarbij overleg
plegen met het College van Burgemeester en Wethouders en het
Gewestelijk Arbeidsbureau. Gaarne zou hij hierover nog iets ver
nemen.
De heer VERMEULEN vraagt in hoeverre de commissie sociale
werkvoorziening hoofdarbeiders bevoegd is tot het nemen van initia
tief in deze.
Wethouder ROMSOM zegt enige correcties in de door de heer
Jongbloed aangehaalde aantal werklozen te moeten aanbrengen.
De heer Jongbloed noemde b.v. 430 man huishoudelijk personeel en
personeel in algemene dienst. Spreker merkt op, dat dit personeel
in algemene dienst is, dus los-arbeiders. Voor deze mensen moet
men projecten hebben en ofschoon zeer velen thans werkzaam zijn
bij het dijkherstel, zijn allen nog niet opgevangen kunnen worden.
Erger spreken de cijfers van het kantoorpersoneel. Hij zegt hierop
de aandacht van de Stichting Maatschappelijke Activiteit reeds te
hebben gevestigd. Diversen van deze groep hebben een te minimale
opleiding en zijn te oud. Wellicht kan door omscholing en uitbrei
ding van de talenkennis iets bereikt worden. In de groep hotel
personeel staan 46 werklozen ingeschreven. Bij de Stichting Maat
schappelijke Activiteit loopt thans een cursus voor dit hotelper
soneel. Vervolgens noemt spreker nog enkele groepen van werk
lozen en merkt op, dat b.v. in de metaalnijverheid het aantal in
geschrevenen in het tijdvak van een jaar van 229 is teruggelopen
tot 56 en in de bouwnijverheid van 249 tot 27.
Hij brengt onder de aandacht, dat op 29 October j.l. het aantal
ingeschrevenen bij het gewestelijk arbeidsbureau in totaal 802 be
droeg en dat hiervan 84 niet werkloos waren. Laatstgenoemden
hebben zich uit voorzorg laten inschrijven.
Tenslotte zegt hij, dat de door de heer Vermeulen genoemde
Commissie geen werkverruimingsobjecten zoekt. Dit doet de ge
meentelijke dienst voor Sociale Zaken.
Hoofdstuk X Economische Zaken.