17 DECEMBER 1953
439
De heer TOXOPEUS deelt mede bij zijn mening te blijven, dat
de gemeente op het gebied van de industrialisatie meer kan doen.
Spreker wil echter niet verder hierop aandringen, doch zal, nadat
hij meer gegevens van andere gemeenten heeft verzameld, hierop
terugkomen.
Mej. t' SAS vraagt een betere busverbinding met de Valkeniers
laan.
De heer VERMEULEN onderstreept de woorden van de heer
Toxopeus. Spreker is echter met het College van Burgemeester en
Wethouders van mening, dat de werkzaamheden voor een commissie
moeten worden uitgestippeld. Hij vraagt of de heer Toxopeus een
bepaalde gedachtengang hierover heeft en deze aan de Raad wil
mededelen, omdat hijzelf daarvoor niet over genoeg fantasie be
schikt.
Bf-
De VOORZITTER meent, dat de heer Toxopeus momenteel ook
geen fantasie heeft en gelooft dat het beter is na het verzamelen
van gegevens deze zaak nogmaals aan te snijden.
De heer TOXOPEUS zegt bij de algemene beschouwingen te heb
ben uiteengezet, wat het arbeidsterrein van de commissie zou kun
nen zijn. Hij denkt b.v. aan het reclame maken voor industrie
terreinen in de gemeente, aan wat voor industrie men zal moeten
aantrekken, aan het verlenen van tegemoetkomingen bij vestiging,
zoals wegenaanleg, beschikbaarstelling van woonruimten voor het
personeel. Hij is van mening, dat het College van Burgemeester en
Wethouders het standpunt van afwachten huldigt. Hij acht dit af
wachten niet juist. Er moet koopmanschap bedreven worden. De
andere gemeenten doen dit ook. Spreker is van mening, dat er een
commissie moet komen, die zich met het College kan beraden over
de te volgen richtlijnen. Hij heeft bij de algemene beschouwingen
gezegd erop terug te komen doch krijgt geen steun uit de Raad.
Daarom komt het hem beter voor zijn plannen in petto te houden
totdat hij feiten heeft verzameld van andere gemeenten. Omdat dit
voor hem zeer moeilijk is, had hij gaarne gezien, dat Burgemeester
en Wethouders met plannen kwamen voor het instellen van een
commissie.
De heer VERMEULEN zegt, dat de bedoeling van de heer Toxo
peus hem thans duidelijk is. Hij zag gaarne dat er een commissie
ad hoe zou worden gevormd.
De heer TOXOPEUS deelt mede, niet aan de vorm van de com
missie te hebben gedacht. Hij meent, dat inderdaad een commissie
ad hoe, mits de raad voldoende wordt ingelicht, afdoende is.
De VOORZITTER zegt, dat het College op het ogenblik nog niets
voor een Commissie kan voelen. Hij is van mening, dat het College
in het verleden op het gebied van het goed koopman zijn heeft
bewezen voor haar taak te zijn berekend; als voorbeeld noemt hij
de vestiging van de Hispano Suiza. De grootste moeilijkheid is
echter de industrieterreinen, omdat Breda daarover niet de beschik
king heeft. Spreker brengt tot uiting, dat het College van Burge
meester en Wethouders zich tot het uiterste zal inspannen om
nieuwe industrieën aan te trekken en steeds bereid zal zijn nieuwe
ideeën uit de Raad nader te bestuderen.
