De heer STUBENROUCH merkt op, dat de interpretaties wel erg ver uiteen
liggen.
Aangezien deze kwestie een geheim karakter draagt en een en ander
moeilijk in een prae-advies kan worden voorgelegd, vraagt spreker of het
niet mogelijk is dat er een raadscommissie wordt ingesteld om deze zaak
op de juiste merites te bekijken. Uiteindelijk kan er dan een oplossing
komen, die voor alle partijen bevredigend zal zijn.
Spreker vindt deze aangelegenheid niet erg prettig na een zo welge
slaagd feest.
De heer VAN KAMPEN is het met verscnillende sprekers eens. Inderdaad be
hoort het budgetrecht bij de raad, doch in dit uitzonderlijk geval wil
spreker wel de plannen van Burgemeester en Wethouder aanvaarden, om zo
doende de gelden uit de "put" te kunnen houden.
Hij kan mitsdien aan een en ander zijn goedkeuring hechten als de gelden
besteed worden voor de verfraaiing van de stad.
De VOORZITTER constateert, dat de standpunten dichter bij elkaar liggen dan
oppervlakkig schijnt. Burgemeester en wethouaers hebben geen stichtings
brief gemaakt, geformuleerd of gewijzigd; Dit heeft de Stichting zelf ge
daan. Wel hebben Burgemeester en Wethouders de door de raad gestelde voor
waarden medegedeeld.
Spreker raadt aan met het batig saldo heel voorzichtig om te springen,
anders zinkt dit in de diepe "put". Het ligt zowel bij de Stichting als bij
■'burgemeester en Wethouders in de bedoeling om dit laatste te voorkomen.
Het staat in ieder geval vast, dat als de raad aan de gelden enige bestem
ming geeft, dit de goedkeuring van Gedeputeerde Staten zal moeten verkrij
gen. Dit moet te overbruggen zijn. Het college van Burgemeester en Wet
houders zal geen bestemming aan de gelden geven zonder dit de raad mede
te delen.
Spreker kan de instelling van een raadscommissie, om deze zaak met
het college te bespreken, van harte toejuichen. Er zal beslist een for
mule gevonden worden om tussen de klippen door te zeilen.
De heer TOXOPEUS blijft bij zijn standpunt. Burgemeester en Wetnouders
missen de bevoegdheid die zij zich aanmatigen. Burgemeester en Wetnouders
kunnen wel de stemming van de raad peilen, doch de geldgever heeft toe
te zien dat de voorwaarden worden nagekomen, Door na te laten alles aan
de raad mede te delen hebben Burgemeester en Wethouders medegewerkt aan
de situatie zoals die nu is ontstaan.
De heer VERMEULEN zou de stichtingsakte willen raadplegen om na te gaan
hoe deze precies luidt.
De heer RATTINK zegt dat net hem gefrappeerd heeft dat, toen Burgemeester
en Wethouders bekend waren met de redactie van de stichtingsbrief en nader
hand ook met de mening van de raad, de raad daarover niet nader is ingelicht.
De VOORZITTER dringt aan op een commissie uit de raad. Deze commissie kan
de zaak nader bekijken en in een volgende besloten vergadering ter zake
rapport uitbrengen.
De heer JONGBLOED zegt dat een en ander nog wel een tijdje zal duren. Hij
is bang dat, als er een raadscommissie ingesteld wordt, van zijn voorstel
om een gedeelte van net gela aan het rampenfonds af te staan, niets zal
komen.