vereist niet alleen veel van onze stedebouwkundigen maar ook veel beleid van de
raad.
De heer JONGBLOED zegt dat het plan eerst goed beoordeeld zou kunnen worden als de
ring gesloten zou zijn. Men kreeg dan door het geheel een zodanige indruk, dat het
plan een veel grotere kans van slagen zou hebben.
De VOORZITTER zegt het probleem van de Haven niet in discussie te willen brengen.
Afgezien van de vele problemen die bij de al of niet ^avendemping aanwezig zijn,
acht spreker de wegen aan beide zijden van de Haven, als verkeersgeleider, gelijk
opwegen tegen de capaciteit van de overige ringsegmenten. Spreker verzoekt de Ha
venkwestie buiten het geding te houden.
De heer DIRECTEUR van OPENBARE WERKEN deelt nog mede dat er naar gestreefd wordt
om in de binnenstad ongeveer 1000 auto's te kunnen laten parkeren. Waarschijnlijk
zal men aan de parkeerterreinen langs de wegen voldoende hebben.
De VOORZITTER stelt nog uitdrukkelijk vast dat de mogelijkheid tot het dempen van
de Haven te allen tijde aanwezig is. Door de al of niet demping van de Haven wordt
het onderhavige plan niet aangetast.
De VOORZITTER schorst hierna de vergadering. De volledige vergadering begeeft zich
naar het Valkenberg en omgeving om zich ter plaatse te oriënteren.
Na een uur heropent de VOORZITTER de vergadering en geeft het woord aan de heer
Jongbloed.
De heer JONGBLOED meent dat het toch wel de bedoeling zal zijn dat de raad te zij
ner tijd uitvoerig over het plan in onderdelen kan spreken. Hij veronderstelt dat
het nu alleen gaat om in principe met het gehele plan accoord te gaan, waardoor
het gemeentebestuur de plannen nader kan uitwerken.
De VOORZITTER zegt dat het de bedoeling is dat stedebouwkundig de hoofdlijnen van
het plan worden vastgelegd. Het is een plan op lange termijn dat men in zijn ge
heel moet zien. Het moet nu echter wel zo worden opgevat, dat men zich voor of tege
het plan als zodanig gaat uitspreken. Het college van Burgemeester en Wethouders
komt dan te zijner tijd nog incidenteel met plannen voor aankoop, onteigening
enz. Ook de Directeur van Beplantingen kan dan reeds met de vormgeving van het
park en met de aanplant rekening houden.
De heer Van den EEDEN meent dat als de raad het plan aangenomen heeft, hij tevens
de consequenties aanvaardt met betrekking tot de te zijner tijd beschikbaar te
stellen credieten voor aankoop enz.
De VOORZITTER merkt op dat de raad zich niet bindt. Hij kan te allen tijde terug
komen op zijn beslissing. Spreker meent echter niet met kinderen te doen te heb
ben. Het is een plan op lange termijn. Hij kan zich voorstellen dat, hangende de
uitvoering, zich nieuwe gezichtpunten voordoen. Uitdrukkelijk wil spreker naar
voren brengen dat de raad zich thans van de plannen volledig bewust moet zijn en
straks niet lichtvaardig op de plannen terug moet komen.
De heer JONGBLOED merkt op dat er juist in de stadskern, zoals Markt en Kasteel
plein, geen voldoende parkeergelegenheid is.
De heer DIRECTEUR van OPENBARE WERKEN kan dit enigermate onderschrijven. Men vindt
in de binnenring geen voldoende parkeergelegenheid, zodat er te zijner tijd wel
maatregelen genomen zullen moeten worden die het parkeren mogelijk maken.