15 APRIL 1953 93 De heer BREKEDMANS kan zich met de door de heer Drion ge maakte opmerking geheel verenigen. De heer TOXOPEUS begrijpt niet, waarom voor het instellen van een eenzijdig stopverbod in de Ginnekenstraat een crediet van f 170,- nodig is. Hij meende, dat thans aan weerszijden een stopverbod ligt: derhalve kan het beoogde doel worden verkregen door één paal weg te nemen. Wethouder VAN HOUTEN meent, dat het goed zal zijn bij het treffen van de verkeersmaatregelen over de gemaakte opmerkingen nog het advies in te winnen van de Commissaris van Politie of de Verkeerscommissie. De VOORZITTER geeft in overweging het gevraagde crediet on verkort ter beschikking te stellen. De gemaakte opmerkingen zul len uiteraard ter harte worden genomen en Burgemeester en Wet houders zullen er zoveel mogelijk rekening mede houden. Dienovereenkomstig wordt besloten. 15. Goedkeuring van het plan tot onteigening van het pand Houtmarkt 10. De heer KOERTSHUIS vraagt of alsnog zal getracht worden langs minnelijke schikking het betrokken pand in eigendom te krij gen. Wethouder VAN HOUTEN antwoordt, dat zulks getracht is, doch tot nu toe zonder resultaat; vandaar dit voorstel. De gemeente blijft bereid om nader met de eigenaar te onderhandelen. Zonder verdere beraadslaging wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 16. Straatverlichting aan de Oosterhoutseweg. De heer VAN GILS is het college dankbaar voor de getroffen voorziening aan de trottoirs bij de Oosterhoutseweg. De bewoners zijn er erkentelijk voor, temeer nu ook de verlichting beter gaat worden. Spreker zou willen vragen of het mogelijk is, dat de ge meente de aanvankelijk door haar gedachte wijze van verlichting tot stand brengt en genoegen neemt met de vergoeding van het rijk voor het thans voorgestelde goedkopere project. Wethouder VAN HOUTEN antwoordt, dat het gemeentebestuur dit project heeft aanvaard, omdat anders de verbetering van de verlichting op de lange baan zou zijn geschoven. Aan deze rijksweg bepaalt de regering het aantal lantaarnpalen e.d. Zonder verdere beraadslaging wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 17. Rekening 19511953 van het gesticht voor R.K. oude vrou wen. De raad besluit deze rekening voor onderzoek in handen te stellen van een commissie van drie leden, bestaande uit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 93