15 APRIL 1953
97
schikking te stellen van het gemeentelijk vervoerbedrijf, zulks met
23 stemmen voor en 13 stemmen tegen.
Voor stemmen: Mej. Koppelaar en de heren: Van Houten, Meijs,
Kramers, Minderhoud, Van de Noort, Stubenrouch, Toxopeus, Ver
schuren, J. Mol, Van Haperen, Romsom, Kamphuijs, Van den Eeden,
Cosijn, Van Gils, De Roos, Biemans, F. Mol, Braakhuis, Verhaak,
Van Kampen en Van Gisbergen.
Tegen stemmen Mevrouw SlotPlattel en de heren Brinkerhof,
Van Bijnen, Vermeulen, Rattink, Wezenbeek, Hustinx, Peeters,
Drion, Jongbloed, Van Swol, Brekelmans en Koertshuis.
De VOORZITTER deelt mede, dat in verband met het gevorderde
uur nog enkele voorstellen zullen worden behandeld welke een meer
spoedeisend karakter dragen. De andere voorstellen zullen aan de
orde worden gesteld in een vergadering van de raad te houden op
29 April a.s.
42. Verstrekking van een 2e hypothecaire geldlening ten behoeve
van een particuliere woningbouw.
44. Het aangaan van een nieuwe gasleveringsovereenkomst met
de Staatsmijnen.
Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.
52. Uitbreiding van het leerplan van de gemeente-ambachtsschool
met een „vakschool voor buitengewoon lager nijverheidsonderwijs".
De heer JONGBLOED juicht dit voorstel van burgemeester en
wethouders toe. Inderdaad moet naar de mogelijkheid worden ge
zocht om ook de minder begaafden in de gelegenheid te stellen iets
te leren, zodat zij later in staat zijn werk te vinden. Gaarne zal hij
dan zijn stem geven aan deze poging om ook voor de zwakbegaafden
nog iets te doen.
De heren STUBENROUCH, VAN KAMPEN en TOXOPEUS be
tuigen eveneens hun instemming met dit voorstel.
De heer VAN GILS zou het college in overweging willen geven
contact op te nemen met de lagere scholen waar handenarbeid wordt
gegeven om te bereiken, dat de eerste opleiding aansluit op die van
de ambachtsschool
Zonder verdere beraadslaging wordt overeenkomstig het
voorstel besloten.
53. Verkoop van een bouwterrein aan de Cimburgalaan aan J. C.
Hermans.
Overeenkomstig dit voorstel wordt besloten.
56. Het aangaan van een geldlening, groot 3.000.000,
Wethouder MEIJS merkt naar aanleiding van dit voorstel op, dat
de gemeente in verband met de financiering van de woningbouw
omstreeks October een aanzienlijk bedrag moet opnemen. Er is een
zekere tendenz tot verlaging van de rentestand. Het gemeentebe
stuur kreeg dan ook reeds enige offertes voor leningen tot kleinere