15 APRIL 1953 99 De heer VERSCHUREN verzoekt de oude keien, welke bij de ver nieuwing van het wegdek van de Galderseweg vrijkomen, te benutten voor de verharding van landwegen. In het bijzonder denkt hij aan het middengedeelte van de Rithseweg. Mevrouw SlotPlattel verzoekt te willen bevorderen, dat de struiken, welke in de Prins Hendrikstraat over het trottoir hangen, worden gesnoeid. Ter plaatse is het trottoir toch al vrij smal. Reeds enkele malen vestigde zij in de Commissie voor de beplantingen de aandacht op dit euvel. Mejuffrouw KOPPELAAR merkt op, dat destijds is medegedeeld, dat bij de Bescherming Burgerbevolking ook taken voor de vrouw te vervullen zijn. Zij heeft zich toen voor de B.B. opgegeven, doch daarover nadien niets meer vernomen. Voorts vraagt zij, of het parkeerverbod, dat Voor een klein ge deelte van de Delpratsingel bestaat, kan worden opgeheven, ten gerieve van de daar wonende bewoners. Het is de enige plaats langs de singels waar een parkeerverbod geldt. De heren VAN DEN EEDEN, KAMPHUIJS en VAN SWOL delen mede bij een volgende raadsvergadering te willen terugkomen op de beantwoording van de thans gegeven schriftelijke antwoorden op vroeger door hen gestelde vragen, welke antwoorden hun niet geheel bevredigen. De VOORZITTER zegt dat de gestelde vragen bij een volgende vergadering van de raad schriftelijk zullen worden beantwoord. Hierop sluit de VOORZI' de vergadering. De Voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1953 | | pagina 99