114 12 MEI 1954
Wethouder MEIJS zegt, dat dit niet juist is. Het hebben van
economische belangen is doorslaggevend. Ook de andere kan in
geschreven worden.
De VOORZITTER merkt op, dat er een urgentievolgorde is. De
bouwer van zijn eigen woonruimte zal eerder aan bod komen dan
de huurder, omdat voor huurwoningen veel meer liefhebberij is.
De heer JONGBLOED meent dit te moeten betwijfelen. Hij kent
een geval van een ambtenaar bij de Rijksbelastingen, die in Roo
sendaal woonachtig is en slechts woonruimte heeft toegewezen
gekregen, nadat de gemeente Roosendaal een woning voor hem
beschikbaar heeft gesteld.
Wethouder ROMSOM zegt, dat het hier om z.g. „pendelaars"
gaat, die geen woonruimte krijgen toegewezen zonder woningruil,
omdat de afstand tussen de werk- en woongemeente te klein is.
Deze pendelaars kunnen hier hypotheek krijgen als de woonge
meente de gemeente Breda een claim op woonruimte geeft of een
gezin uit Breda opneemt.
De heer RATTINK verzoekt toch vooral bij het verlenen van
hypotheken aan de economische belangen vast te houden.
De stukken genoemd onder g t/m r worden voor ken
nisgeving aangenomen.
2. q. Berichten houdende goedkeuring van besluiten.
Datum raadsbesluit:
11 November 1953
11 November 1953
16 December 1953
16 December 1953
17 Februari 1954
Datum besluit B. en W.
5 Februari 1954
3. a. vervallen.
3. b. bijzondere voorgevelrooilijnen Achterom.
3. c. Voorschriften artikel 43 Woningwet Achterom.
4. Onteigening 2 percelen Boeimeer.
Conform deze voorstellen wordt besloten.
5. Weigering bouwvergunning A. van Looveren.
De heer MOL zegt, dat de raad de belangen van de inwoners van
de gemeente dient te behartigen. Omdat hij in het vak zit interes
seert hem deze kwestie in hoge mate. Het spijt spreker, dat hij
zich niet met het voorstel van Burgemeester en Wethouders kan
verenigen, omdat zeer bevoegde instanties, zoals het Laboratorium
voor Grondmechanica en Professor Nanninga rapporten hebben
Agendanr.: Datum besluit Ged. Staten;
24 j 21 April 1954, G. no. 73023
24 g 21 April 1954, G. no. 73022
25 a 14 April 1954, G. no. 75387
26 e 7 April 1954, G. no. 75376
18 e 7 April 1954, G. no. 79119
Agendanr.: Datum besluit Ged. Staten:
1591 28 April 1954, G. no. 78785