208 15 SEPTEMBER 1954 De notulen worden ongewijzigd vastgesteld en goedgekeurd. 2. Ingekomen stukken. De stukken genoemd onder a, b, d t/m h worden in handen gesteld van Burgemeester en Wethouders voor het uitbrengen van prae-advies, terwijl de stukken genoemd onder c, en i t/m k voor kennisgeving worden aangenomen. 21. Berichten houdende goedkeuring van besluiten. Datum raadsbesluit: Agendanr.: Datum besluit Ged. Staten: 11 Juli 1951 17 Maart 1954 20 14 April 1954 23c 16 Juni 1954 29 16 Juni 1954 15d 14 Juli 1954 21c 14 Juli 1954 25 Datum besluit B. en W.: Agendanr.: 30 Maart 1954 2948 11 Mei 1954 3350 14 Mei 1954 3349 11 Juni 1954 3225 11 Juni 1954 3226 18 Augustus 1954, G. nr. 20777 28 Juli 1954, G. nr. 84234 11 Augustus 1954, G. nr. 83568 25 Augustus 1954, G. nr. 88070 18 Augustus 1954, G. nr. 87808 25 Augustus 1954, G. nr. 90808 4 Augustus 1954, G. nr. 90806 Datum besluit Ged. Staten: 28 Juli 1954, G. nr. 83992 25 Augustus 1954, G. nr. 88667 25 Augustus 1954, G. nr. 88514 18 Augustus 1954, G. nr. 87929 18 Augustus 1954, G. nr. 87928 2 m. Antwoorden op door raadsleden gestelde vragen. De heer VAN BOXTEL dankt voor het antwoord dat hij van Bur gemeester en Wethouders gekregen heeft op zijn, vraag inzake de ver betering van het wegdek in de bocht RaadhuisstraatUlvenhoutselaan. Spreker zal het op prijs stellen als spoedig met verbetering van het wegdek zal worden begonnen vooral met het oog op het aanstaande winterseizoen. 3. Grondrente Baronielaan. De heer QUAEDVLIEG merkt op dat in het stuk gesproken wordt over verjaring van deze grondrente na dertig jaar. Spreker wenst er op te wijzen dat zulk een verjaring kan worden gestuit. De heer MINDERHOUD vraagt waarom deze grondrente alleen wordt opgeheven voor het perceel dat door de Staat is gekocht en niet voor alle percelen langs de Baronielaan. Wethouder MEIJS antwoordt dat de gemeente zich wat de andere panden betreft ten aanzien van de opheffing van deze grondrente op de achtergrond houdt. Het ligt niet in de bedoeling om de andere pan den vrij te maken. Had het Rijk de afstand van deze grondrente niet gevraagd dan was deze grondrente op het onderhavige perceel blijven drukken tot 1957, wanneer deze automatisch vervalt. De heer MINDERHOUD acht het verzoek van het Rijk een gerede aanleiding om de grondrente voor alle percelen langs de Baronielaan ineens af te schaffen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 208