15 SEPTEMBER 1954 217 hij door de raad is benoemd. Burgemeester en Wethouders brengen daardoor de raad in een dwangpositie. Als zij er op aandringen dat leraren die ontslag vragen de ontslagtermijn in acht nemen dan kun nen bezwaren als door spreker naar voren zijn gebracht worden voorkomen. Immers dan kan inmiddels een oproep geplaatst worden voor sollicitanten. Wethouder STUBENROUCH antwoordt dat de sollicitatiestukken tot zijn spijt niet te vinden zijn. Spreker zegt dat in het algemeen geen enkele leraar wordt losgelaten voor er een ander is benoemd. Spreker geeft toe dat door de omstandigheden de raad in een dwangpositie is gekomen, doch hij hoopt dat de heer Kroon begrip zal hebben voor de dwangpositie waarin Burgemeester en Wethouders verkeerden. Er is voor de leraren van het gem. gymnasium nog geen rechtspositie regeling vastgesteld, zodat het moeilijk is om een ontslag-termijn aan te houden. Spreker hoopt binnen afzienbare tijd zulk een regeling ter vaststelling aan de Raad te kunnen voorleggen. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 17 c. Ontslag leraar Duits gemeentelijk gymnasium. 17 d. Benoeming leraar Biologie aan het gemeentelijk gymnasium. 17 e. Ontslag lerares Biologie aan het gemeentelijk gymnasium. 18. Crediet aanschaffing natuurkundige instrumenten voor het ge meentelijk gymnasium. Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten. 19. Subsidie Mater Amabilisschool. De heer JONGBLOED zal zich niet tegen het voorstel verzetten. Spreker vindt het evenwel inconsequent dat de gemeente voor niet loontrekkende leerlingen wel subsidie geeft en het rijk en de provin cie niet. Spreker vraagt of het college van Burgemeester en Wethou ders deze zaak nog eens wil bezien. De heer HULSKRAMER merkt op dat niet loontrekkende meisjes die deze school bezoeken allen meisjes zijn die thuis werken in de huishouding en daar niet gemist kunnen worden. Wethouder STUBENROUCH zegt toe deze zaak nog eens opnieuw te willen bezien. Bij het Rijk wordt thans nagegaan of eventueel ook voor de niet-loontrekkende leerlingen der Mater Amabilisschool sub sidie kan worden gegeven. Spreker wenst evenwel de subsidieregeling van het Rijk en de Provincie en die van de gemeente niet gelijk te schakelen. Er kunnen immers voor de gemeente bijzondere factoren zijn, welke het al of niet verlenen van subsidie aan deze scholen wenselijk kunnen maken. Overeenkomstig het voorstel wordt besloten. 20. Her-benoeming leraren gemeente-ambachtsschool en school voor scheepswerktuigkundigen. De heer MINDERHOUD merkt op dat in de aanhef van het voorstel wordt gesproken over herbenoeming. De nummers 4 en volgende van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 217