222 15 SEPTEMBER 1954 accoord met de opmerking van de heer Brinkerhof inzake de invoering van reductie voor rentetrekkers en gepensionneerden. De heer VAN GISBERGEN merkt op dat hij perplex stond toen de heer Vermeulen met zijn berekening voor de dag kwam. Spreker vindt het prachtig dat een gezin met zes of zeven kinderen een reductie krijgt van maximaal 35 gulden welk bedrag ineens wordt uitgekeerd. Indertijd is door de fractie van de Partij van de Arbeid veel herrie gemaakt voor een bedrag van f 4,80 per jaar en wel bij de behandeling van de geysertjes in gemeentewoningen. Spreker vraagt zich af waarom dan nu een bedrag van, f 35,—als bagatel wordt beschouwd. Mejuffrouw KOPPELAAR vraagt de aandacht voor de middenmoot. De heer TOXOPEUS zegt dat hij niet tegen het voorstel van Burge meester en Wethouders gekant is. Hij onderstreept echter de woorden van de heer Vermeulen dat door de invoering van allerlei reducties en bijslagen de materie van de lonen zeer onoverzichtelijk wordt. Spreker wil er op wijzen dat de in het voorstel genoemde relatieve terugloop van het verbruik bij toeneming van het aantal gezinsleden geen argument is om reducties in te voeren. Wel is spreker getroffen door de absolute teruggang van het verbruik bij gezinnen van 10 en meer kinderen. Hieruit blijkt dat deze gezinnen inderdaad niet de macht hadden om te betalen. Wethouder MEIJS antwoordt dat het inderdaad in de bedoeling ligt om zo spoedig mogelijk in het begin van het jaar tot terugbetaling over te gaan. Soms zal echter verrekening nodig zijn b.v. wanneer er een schuld is. Op de vraag van de heer Brinkerhof kan spreker geen direct antwoord geven. Er zullen vermoedelijk wel administratieve be- v zwaren zijn. De door Burgemeester en Wethouders voorgestelde reduc tieregeling geeft al veel moeilijkheden. Het zou wel kunnen dat wan- neer ook zou worden overgegaan tot het treffen van een reductie regeling voor rentetrekkers en gepensionneerden de administratie zo duur wordt dat de hogere kosten het voordeel van de reductie weer teniet doen. De heer Vermeulen zou hij willen antwoorden dat de loonpolitiek niet tot de competentie van het gemeentebestuur be hoort. Wellicht kan, als deze politiek wijzigt nog eens op de bezwaren van de heer Vermeulen worden teruggekomen. De heer BRINKERHOF is eveneens van mening dat het invoeren van een reductie voor alle rentetrekkers en gepensionneerden op be zwaren zal stuiten. Er is onder hen echter reeds een grote categorie die op een of andere manier reeds ondersteuning krijgen. Misschien is het mogelijk deze mensen op korte termijn reeds te helpen. De heer VERMEULEN zegt dat Burgemeester en Wethouders door dit voorstel zich wel degelijk met de loonpolitiek bemoeien. De heer JONGBLOED merkt op dat in het loon het behoefte-element dient te zijn verdisconteerd, doch als er voor de ene groep mensen iets gebeurt dan mag men de andere niet wegcijferen./' Hierna wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aan genomen. 34. ken. Aanschaffing vlak- en vandiktebank voor dienst Openbare Wer-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 222