13 OCTOBER 1954 233 26. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhuur van grond aan de Shell Nederland N.V. (Bijlagen 1954, no. 475) (Aangehou den in de raadsvergadering van 15 September 1954). 27. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhoging van het crediet, bestemd voor de bevrijdingsherdenking op 29 October. (Bijla gen 1954, no. 524). Tegenwoordig: Mevr. M. W. B. A. VAN MIERLO-MUTSAERS, Mevr. E. M. SLOT-PLATTEL, Mej. D. M. J. t' SAS en de heren Mr K. A. M. BASTIAANSEN, W. A. BLIEK, W. C. A. M. VAN BOXTEL, J. D. F. BRINKERHOF, J. M. VAN BIJNEN, H. J. C. COSIJN, C. VAN DEN EEDEN, N. W. C. VAN GISBERGEN, G. F. HULSKRAMER, A. JONG BLOED, J. J. KAMPHUYS, G. J. KLOMPERS, J. A. KOOLS, D. J. A. KRAMERS, A. KROON, A. LOSSEZ, A. MENDES, J. A. MEIJS, G. MINDERHOUD, F. H. M. MOL, P. F. C. NIEUWLAAT, F. P. VAN DE NOORT, Mr A. P. J. H. QUAEDVLIEG, A. J. A. RATTINK, A. P. ROMSOM, C. J. A. SONDERMEIJER, Drs G. C. STUBENROUCH, Mr E. H. TOXOPEUS, Drs O. G. E. M. VERHAAK, J. F. V. VERMEULEN, J. VERSCHUREN, A. J. WEZENBEEK Afwezig: Mej. J. P. KOPPELAAR en de heer H. J. VAN HOUTEN. Voorzitter: de heer J. A. MEIJS, loco-burgemeester. Secretaris: de heer Mr PH. I. E. VAN WOENSEL. De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit, waarvan de tekst is opgenomen in artikel 8a van het Reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad. Bericht van verhindering is binnengekomen van: Mej. J. P. KOP PELAAR en de heer H. J. VAN HOUTEN. Hierna wordt overgegaan tot behandeling van de agenda. 1. Notulen. De heer JONGBLOED verzoekt zijn opmerking op blz. 222 aan te vullen met de volgende zinsnede: „Spreker is erg belangstellend naar hetgeen B. en W. zullen antwoorden op de door de heer Brinkerhof gestelde vragen". De heer MENDES verzoekt op blz. 218 de zinsnede: „Spreker acht het minder tactvol doch zeer realistisch, dat.... enz." te wijzigen in: „Spreker acht het, gezien de huidige positie van de beeldende kunste naar in onze samenleving, minder tactvol en weinig realistisch, dat... enz." De heer WEZENBEEK verzoekt namens mej. Koppelaar de laatste zin in de door haar gemaakte opmerking op bladz. 215 aan te vullen met: doch acht het beter hiervoor een kleine commissie in te stellen". De heer TOXOPEUS verzoekt na de eerste zin van zijn betoog op blz. 222 de navolgende zin alsnog tussen te voegen: „Spreker zal er niet veel over zeggen. Hij meent, dat zijn standpunt in deze voldoende bekend is."

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 233