17 NOVEMBER 1954 263 soort baatbelasting te heffen voor de gehele gemeente. Het bedrag der belasting kan dan zeer miniem en de looptijd der belasting zeer kort zijn. De heer KROON juicht het prae-advies van harte toe, omdat Burgemeester en Wethouders stelling nemen tegen de zienswijze van Gedeputeerde Staten. Spreker is van mening, dat de baat belasting in dit geval in strijd is met artikel 281 der Gemeentewet, omdat dit artikel zegt dat de belasting een billijke vergoeding moet zijn voor de door de gemeente gedane werkzaamheden. Het heffen van een baatbelasting noemt hij in dit geval onbillijk. De gemeente raad moet in zijn geheel achter het prae-advies van Burgemeester en Wethouders staan en zich met alle kracht verzetten tegen het invoeren van deze baatbelasting. Wethouder MEIJS zegt bang te zijn van het voorstel van de heer Van Boxtel. Hij wil niet gaarne een nieuwe soort belasting invoeren en geeft in overweging hiermede zeer voorzichtig te zijn. Wanneer de heer Kramers meent, dat het niet juist is om de reserve weg te werken, dan zou spreker willen zeggen, zich daarover geen zorgen te maken. In Breda zijn niet veel onrendabele gebieden en voor zover zij er zijn kunnen deze van water worden voorzien, zonder afhankelijk te zijn van een reserve. Burgemeester en Wethouders hebben gezocht naar een beter motief doch niets beters kunnen vin den. Burgemeester en Wethouders vleien zich met de hoop, dat Gedeputeerde Staten het argument zullen accepteren. De heer VAN BOXTEL zegt dat zijn opmerking niet moet worden opgevat als een voorstel. Hierna wordt overeenkomstig het prae-advies besloten. 5. Buiten de onteigening houden van percelen in plan Beijerd- Vlaszak. Overeenkomstig het voorstel wordt besloten. 6. Deelneming in het kapitaal der N.V. „Noord-West-Brabant". De heer RATTINK zegt dat hij in de laatste alinea van het voor stel van Burgemeester en Wethouders gelezen heeft dat de moge lijkheid tot versteviging der positie der gemeente in de vergadering van aandeelhouders der N.V. dient te worden benut. Het aantal stemmen is echter dusdanig dat de andere gemeenten gezamenlijk het aantal van Breda overtreft. Spreker zegt, dat het mogelijk is, dat er nog andere gezichtspunten zijn, die versteviging van de positie van Breda nuttig zou kunnen maken. Hij zou deze facetten nog gaarne van Burgemeester en Wethouders vernemen. Wethouder MEIJS zegt dat het aantal stemmen doorslaggevend is om in het bestuur zitting te nemen. Hij merkt op, dat het zijn voordeel kan hebben in het bestuur zitting te hebben bij eventuele statutenwijziging. Deze transactie brengt voor de gemeente geen financiële consequenties mede, omdat tegelijkertijd en onder gelijke voorwaarden eenzelfde bedrag wordt geleend van de Noord-West- Brabantse Waterleiding Maatschappij. De heer RATTINK informeert of de gemeente Breda kans maakt om in het bestuur der N.V. zitting te nemen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 263