7 DECEMBER 1954
317
In April is een begin gemaakt met de debatten over een nieuwe
brandweergara,ge. De materie werd gecompliceerd doordat het
plan daartoe werd verbonden aan een plan om brandweer en ver
voerbedrijf te koppelen.
Dit laatste bracht de grote moeilijkheid mede om te beslissen
of de gekozen plaats voor de nieuwe kazerne wel de juiste was.
De meeste leden van deze Raad hebben zich in hun leven onge
twijfeld met veel verschillende taken en problemen bezig gehouden,
maar ik geloof dat er weinigen zijn waaraan het leven tevoren zo
hoge eisen heeft gesteld, dat ze zich erop moesten voorbereiden een
enigermate verantwoorde keuze van de plaats voor een brandweer
kazerne te doen.
Ik zeg dit hierom: de deskundigheid van de Raad op diverse
gebieden is een probleem waar men zich de laatste tijd mee heeft
bezig gehouden. De burgemeester van een der grote steden van
ons land wil hier een oplossing zoeken door de mogelijkheid in
raadscommissie ook niet raadsleden te benoemen.
Een beschouwing van het gemeentelijk beleid kan niet volledig
zijn, zonder dat er aandacht wordt besteed aan het probleem der
werkeloosheid. Nog bij het antwoord op de algemene beschouwingen
in 1953 hebt U, mijnheer de Voorzitter, opgemerkt, dat een der
belangrijkste taken der Gemeente op dit terrein ligt.
In Breda was toen reeds de gunstige kentering in het econo
mische leven goed merkbaar en gelukkig is deze kentering over het
gehele land gekomen, zodanig dat van een periode van welvaart
wordt gesproken.
De daling van het werkeloosheidscijfer is met het stijgen van de
welvaart doorgegaan, zodat er thans een tekort aan arbeidskrach
ten is. Dit neemt niet weg, dat het van belang is plannen te maken
voor eventualiteiten voor geval het werkeloosheidscijfer zou stijgen.
Nauw verbonden met dit probleem is de zorg der Gemeente voor
de industrialisatie. In de najaarsrede van de Commissaris der
Koningin hebben we kunnen beluisteren dat er in de provincie
Brabant jaarlijks nieuwe werkgelegenheid moet worden verschaft
aan tweeduizend arbeidskrachten.
Een gedeelte der taak om deze tweeduizend arbeidskrachten aan
werk te helpen valt de Gemeente Breda toe.
Nu is de Gemeente Breda er niet goed afgekomen in een rapport
van het Economisch-Technologisch Instituut, waarin vermeld staat
dat Breda en Tilburg weinig tot de industrialisatie hebben bijge
dragen.
Sommige bladen zijn verder gegaan en hebben de neutrale mede
deling omgevormd tot een verwijt aan deze Gemeenten.
Naar mijn mening ten onrechte.
Weliswaar is het een feit, dat het Krogtenplan dat in de be
hoefte aan industrieterreinen moet voorzien nog niet verwezen
lijkt is, maar een vraag is of een snellere realisering van dit plan
niet geleid zou hebben tot onverantwoord hoge kosten, onverant
woord gezien het tegenwoordige tekort aan arbeidskrachten.
Ook sluit ik de mogelijkheid niet uit, dat de vestiging van nieu
we industrieën de huidige moeilijkheden bij het aantrekken van
arbeidskrachten zouden hebben vergroot.
Niettemin lijkt het me van groot belang om het plan Krogten
spoedig te verwezenlijken om ook op dit gebied op eventualiteiten
te zijn voorbereid.
Verder zou ik willen aandringen op de bouw van industrie
hallen.
Het zijn ,,Confectie"-costuums voor de industrie. Ze hoeven maar