17 FEBRUARI 1954 31 college van Burgemeester en Wethouders hier aandacht aan te schenken en verbetering hierin te brengen. 3b. Idem aan de Brederostraat. N 3c. Idem aan de Oosterstraat. S 3d. Idem nabij de Sabastraat. Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten. 3e. Idem nabij de Burgemeester Serrarislaan. De heer WEZENBEEK merkt op dat volgens agendapunt AWr-ë- hct bouwplan oen'wijmging moet ondergaan, in-verba.nd waarmada hij aioh afvraagt of de riolcringo- -on-bentratingaworknaamheden wol De heer JONGBLOED zegt dat hij zich indertijd niet heeft kun nen verenigen met de verkoop van grond aldaar. Hij vraagt zich af of het wel juist is om deze rioleringskosten van 3000.niet in de verkoopsom van het terrein te verdisconteren. Waarom komen deze kosten nu ten bate van de gemeente? Men zit min of meer in moeilijkheden met dit bedrag. Hij kan zijn stem aan het voorstel niet geven en verzoekt het bedrag van 3000.alsnog in de ver koopsom op te nemen. Wethouder VAN HOUTEN zegt dat de aldaar liggende sloot gedempt moet worden en dat er een aansluiting zal moeten komen aan de riolering in de Burgemeester Serrarislaan. Het bedrag van 3000.moet ten laste van de algemene dienst komen en buiten de exploitatiekosten van het terrein worden gehouden. Volgens het prijzenbureau mogen deze kosten niet worden medegerekend. Ook de kosten van straatverlichting en brandkranen moesten buiten de exploitatieberekening blijven. De heer JONGBLOED zegt dat het antwoord van de wethouder hem niet bevredigt. Volgens spreker worden de kosten uitsluitend gemaakt ten behoeve van het bouwterrein. Als er geen bouwterrein was gekomen, waren de sloten blijven liggen. De VOORZITTER merkt op, dat de heer Jongbloed destijds be zwaren had tegen de wijze van bebouwing en niet tegen het bouw plan als zodanig. De heer JONGBLOED vraagt of de verkoopsom aan Brouwers gewijzigd kan worden. De VOORZITTER antwoordt dat deze verkoopsom vast ligt. De heer JONGBLOED blijft bij zijn standpunt dat in de eerste exploitatie-opzet de kosten van de demping van de sloot hadden moeten worden opgenomen. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten, met aantekening dat de heer Jongbloed tegen het voorstel is. 3f. Straatverlichting van de Ginnekenweg en de Ginnekenmarkt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 31