7 DECEMBER 1954
319
de Gemeente wel iets aan kan doen is het leggen van de taak in
de handen van een woningbouwvereniging. De Gemeente Breda
geeft hier ook alle medewerking. Aan de bouw der huizen kan dit
iets veranderen, daar de woningbouwvereniging, mits ze zich
houdt aan de regels van het Departement, eigen initiatief kan
ontplooien.
Dit brengt verandering in het beheer, daar in het ene geval de
overheid als beheerster optreedt en in het andere geval de parti
culiere woningbouwvereniging.
De onderhoudskosten van de woningen in beheer bij de Gemeen
te worden voor het grootste gedeelte door het Kijk gedragen. Een
klein gedeelte komt ten laste van de Gemeente.
De kosten die het Rijk aan deze woningen besteedt zijn te laag.
Dientengevolge voldoet het houtwerk niet aan behoorlijke kwa
liteitseisen, het hang- en sluitwerk is niet goed en het buiten-
verfwerk moet na twee jaren overgeschilderd worden.
Ook zijn de vertrekken veel te klein. Indien de woningen wat
ruimer gebouwd zouden zijn, zouden ze veel minder te lijden
hebben. Door de Woningbouwverenigingen) zijn in Breda ook
woningen voor grotere gezinnen gebouwd.
Door deze zuinigheid wordt derhalve ook de Gemeente op kosten
gedreven voorzover de onderhoudskosten te haren laste komen.
Het zou mogelijk zijn om de bouw te veranderen door de huur
hoger te stellen, maar verhoging van huur zou waarschijnlijk tot
loonsverhoging leiden en daarmee tot de cirkelgang van het econo
mische leven in Nederland.
De Gemeente kan wel bevorderen, dat particulieren woningen
bouwen onder meer door het verstrekken van leningen onder hy
pothecair verband of het bevorderen van het kopen van woningen
door de huurders. Dit laatste zou eveneens mogelijk zijn door
hypothecaire geldleningen of wel het geven van faciliteiten bij
betaling der koopsom.
Gezien de grote inmenging van de Staat op het gebied van de
woningbouw vóór de oorlog werd 80% der huizen door particu
lieren gebouwd, thans slechts 45% is er alles voor te zeggen,
dat de Gemeente haar volle medewerking verleent bij het verkrij
gen van een eigen woning door de particulieren.
De Gemeente Breda verleent reeds deze medewerking, zoals ik
met genoegen heb kunnen constateren.
Een bespreking van het vraagstuk der industrialisatie zou niet
volledig zijn zonder ook iets over het nijverheidsonderwijs te
zeggen.
Als het waar is, dat het Nederland van de komende jaren zich
zonder grote industrialisatie niet kan redden, is het ook waar dat
een goed nijverheidsonderwijs van wezenlijk belang is voor ons
land.
Industrialisatie brengt mede de vraag naar geschoolde arbeiders.
Er is nu reeds grote behoefte aan op ambachtsscholen geschoolde
arbeiders en waarschijnlijk in de toekomst geschoold door de uit
gebreide technische school.
Bestaan er plannen voor een tweede ambachtsschool, is mijn
vraag in dit verband.
Met genoegen heb ik gezien, dat er plannen bestaan bij besturen
van B.L.O.-scholen en de directie van ambachtsscholen tot samen
werking, om de leerlingen van B.L.O.-scholen voor een vak op te
leiden.
Het Centraal Rapport spreekt herhaaldelijk over nieuw te vor
men commissies: