7 DECEMBER 1954
321
Men beschikt thans over meer dan tweeduizend personen of on
geveer 70% van het benodigde aantal. Sinds het antwoord op het
Centraal Rapport is dit aantal namelijk weer met ongeveer twee
honderd gestegen.
Grote voorraden van het benodigde materiaal zijn door het Rijk
ter beschikking gesteld.
Voorzover ik het kan beoordelen, heb ik alle lof voor de ener
gieke en doeltreffende leiding. Deze leiding heeft Breda in het
systeem der Bescherming Burgerbevolking hoog geclassificeerd.
Het kan nauwelijks anders of het laatste woord doet me denken
aan hetgeen ik het vorig jaar aangaande de classificatie in de
algemene beschouwingen heb opgemerkt.
Hoever zijn de werkzaamheden om in de bestaande situatie
verandering te brengen gevorderd?
Op voorstel, uitgaande van een K.V.P.-lid zijn B. en W., dit jaar
ertoe overgegaan te prae-adviseren tot verhoging van de reductie
op gas- en electriciteitsrekeningen van grotere gezinnen.
Er is een, rekenkundig juiste, poging gedaan om de waarde van
deze reductie te relativeren. Men had n.l. berekend, dat de reduc
tie per man per dag 0.6 cent zou zijn.
Maar van de andere kant is het ook mogelijk te berekenen, dat
de reductie in een gezin zo om de zeventig gulden zal zijn. Ik
geloof, dat er in elk gezin voldoening zal zijn als er plotseling
zeventig gulden aan reductie komt binnenvallen en dat er vreugde
zal zijn ondanks alle (overigens juiste) rekenkundige berekeningen.
Uit het antwoord op de algemene beschouwingen van Hoofdstuk
VIII citeer ik „dat bij voortduring is gewerkt ter bevordering van
het culturele peil". Op een bepaald gebied ligt Breda, naar mijne
mening achter bij andere zuidelijke steden: met tentoonstellingen
op het gebied van de schilderkunst. Ook op dit gebied is weliswaar
iets gedaan, maar het is toch beperkt gebleven met het tonen van
werken afkomstig uit Breda of onmiddellijke omgeving. De kring
van belangstelling zou hier heel wat wijder kunnen worden.
In Tilburg, Nijmegen, Eindhoven, Maastricht en Heerlen worden
tentoonstellingen gehouden, die meer belangwekkend zijn dan in
Breda.
Indien het niet meer lang duurt voordat het „Oude-Mannenhuis"
is veranderd, beschikt ook Breda over de ruimte, waardoor het met
andere steden kan wedijveren. De „belemmering" tot ontplooiing
van het particulier initiatief blijkt hier zo groot, dat er zonder
hulp der overheid niet voldoende tot stand komt.
In de vergadering van October heeft de Raad een belangrijke
beslissing genomen op cultureel gebied door de mogelijkheid van
bepaalde voorstellingen op het gebied van opera, toneel of dans te
subsidiëren dan wel garanties te verstrekken.
Het cultureel programma waaraan in het betreffende prae-advies
nog eens werd herinnerd, zal ongetwijfeld zorgen voor een meer
algemeen verantwoord beleid op dit gebied.
Toch is er thans reeds reden om het hele College van B. en W.
en natuurlijk in het bijzonder de betrokken Wethouder dank te
zeggen voor zijn voortvarendheid.
Op cultureel gebied heeft de Raad natuurlijk ook belangstelling
voor plannen aangaande de nieuwe schouwburg, die reeds zo vaak
in de raadsstukken vermelding hebben gevonden.
Nu we weer volop alle voordelen der vrijheid genieten, die de
bevrijding heeft gebracht, wil ik niet nalaten in dit jaar van het
tweede lustrum der bevrijding met bijzondere dank onze Poolse
bevrijders te gedenken, een dank die Breda reeds tot uiting heeft