17 FEBRUARI 1954
35
Hierna besluit de raad overeenkomstig het voorstel, doch
onder voorbehoud dat Burgemeester en Wethouders zich
zullen beraden omtrent een eventuele huurverhoging en
met de raad hierover opnieuw in overleg zullen treden.
8. Subsidie Interdiocesane stichting Katholieke Beroepskeuze
voorlichting.
De heer RATTINK merkt op, dat het verzoek om subsidie reeds
op 1 Augustus 1953 is binnengekomen. Hij vraagt waarom dit sub
sidie niet bij de begroting 1954 is behandeld. Er is destijds toch
besloten om geen tussentijdse subsidieaanvragen in behandeling te
nemen.
Wethouder MEIJS zegt, dat deze subsidieaanvrage niet eerder is
kunnen worden behandeld, omdat aan deze materie vele bezwaren
en moeilijkheden vast zaten, in verband met de werkzaamheden
van het alhier gevestigde Medisch Opvoedkundig Bureau. Onder
havige stichting en het M.O.B. zijn twee kanalen die deels in de
zelfde bedding stromen, zodat bij deze subsidie-toekenning een
bepaalde voorzichtigheid moest worden betracht. Overigens gaat
spreker wel accoord met de opmerking van de heer Rattink met
betrekking tot de algemene gedragslijn bij de behandeling van
subsidie-aanvragen.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
9. Onderzoek rekening Gesticht voor R.K. Oude Vrouwen over
het boekjaar 1952/53.
In de commissie van onderzoek worden benoemd de heren Van
Bijnen, Vermeulen en Kroon.
10a. Subsidie Stichting Paedagogisch Centrum.
De heer JONGBLOED zegt, dat volgens het prae-advies de ver
hoogde activiteit van de Stichting zal bestaan in het fungeren als
samenbindend en coördinerend orgaan ter behartiging van de cultu
rele vorming van de Bredase schooljeugd (van alle gezindten). In
het verzoekschrift staat echter niet vermeld „van alle gezindten".
Hij vraagt of het werk van de stichting zich inderdaad zal uit
strekken over alle gezindten en of in de commissie ook de niet-
katholieke scholen zijn vertegenwoordigd.
Wethouder STUBENROUCH weet niet, wat de heer Jongbloed
precies met de commissie bedoelt. Voor de culturele manifestaties
van de jeugd zijn in Breda twee organisaties werkzaam, te weten
de Stichting Paedagogisch Centrum voor de vorming binnen school
verband en de Sectie Jeugd van de Culturele Werkgemeenschap
voor de vorming buiten schoolverband. Het ligt in de lijn der ver
wachtingen dat alle Bredase scholen zullen worden ingeschakeld.
Dit gebeurt ook al bij de toneel- en muziekuitvoeringen, die door het
Paedagogisch Centrum worden georganiseerd; alle scholen in Breda
van welke richting ook worden daarbij ingeschakeld.
De heer RATTINK is het niet erg duidelijk. Ondanks de mede
deling, dat alle scholen worden ingeschakeld zou hij toch nog gaarne
de samenstelling van de commissie willen vernemen.
