370 9 DECEMBER 1954 tuinen niet gemakkelijk ligt. De Minister van Landbouw heeft een enquête doen instellen naar de belangstelling. De terzake ingestelde commissie is door de Minister inmiddels uitgebreid moeten worden met personen uit de landbouwsector. Men zal in ons land niet zo ver gaan als in Frankrijk en Engeland, waar men voor volkstuinen gronden kan onteigenen. Het blijft moeilijk om aan het gerechtvaardigd Ver langen naar volkstuinen tegemoet te blijven komen. Niettemin heeft deze zaak onze volle aandacht om te trachten in deze grote behoefte te kunnen voorzien. De complexen Oranjeboom en Plaswijk zijn in de memorie van antwoord reeds genoemd; een klein gedeelte van Plaswijk is voor wegaanleg bestemd. Het is zeker niet de bedoeling nog meer aan het complex te ontnemen. De heer Wezenbeek heeft gevraagd ook voor verkoop van grotere complexen borden te plaatsen. Spreker meent dat dit niet nodig is. Borden dienen alleen op kleinere complexen te worden geplaatst. De heer WEZENBEEK acht dit antwoord niet bevredigend. Grote of kleine complexen zijn in dit opzicht gelijk; men moet ter plaatse kun nen zien wat er te koop is niet alleen op tekening. Wethouder MEIJS zegt, dat de heer Wezenbeek dit niet zo moet zien met grote complexen worden bedoeld grote complexen gebouwen. Daar krijgt de enkeling geen kans. Wanneer er bij een groot complex een hoekje over zou zijn wordt er natuurlijk wel een bord geplaatst. Hierna wordt de begroting van het Grondbedrijf ongewijzigd vastgesteld. De VOORZITTER stelt aan de orde de begroting van het Gasbedrijf. De begroting van het Gasbedrijf wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. De VOORZITTER stelt aan de orde de begroting van het Waterlei dingbedrijf. De heer VAN BIJNEN zegt, dat bij de behandeling van de vorige begroting door de P.v.d.A. het verwijt is gedaan, dat er onjuistheden voorkwamen in het Centraal Rapport. Ditmaal is de onjuistheid op genomen, dat het voorstel inzake de waterleidingtarieven door de fractie der K.L.M. zou zijn gedaan. Dit voorstel ging evenwel uit van de K.V.P. Bij de algemene beschouwingen bleek, dat de fractievoorzitter der K.L.M. ook al dacht, dat het voorstel van zijn partij was uitgegaan. Spreker wil in dit verband verwijzen naar de notulen van 16 December 1953. Het verheugt hem dat er aan deze zaak gewerkt wordt. Spreker zegt dat het drinkwater in de Kwekerijistraat slecht is. Hij weet niet of de betrokken percelen tot het Bredase voorzieningsgebied behoren; gaarne zal hij vernemen of ter plaatse verbetering mogelijk is. De heer RATTINK meent dat het gemeentebestuur actief moet blij ven ten aanzien van de Waterleiding Maatschappij „Noord West Bra bant". In de vorige vergadering heeft hij gewezen op de mogelijkheid van een bestuursfunctie bij de N.V. Hij zal gaarne volledig ingelicht worden omtrent de momentele stand van zaken, zonodig in een geheime raadsvergadering. De heer MINDERHOUD merkt op, dat als de heer van Bijnen stelt, dat de K.V.P. een voorstel heeft gedaan, inzake de waterleidingtarieven

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 370