9 DECEMBER 1951 385 De heer WEZENBEEK wijst er op, dat er in een aantal na de oorlog gebouwde woningen wel douche-cellen zijn aangebracht, doch er is geen afvoer van water en geen aanvoer van gas in deze cellen; boven dien hebben deze cellen houten vloeren. Spreker verzoekt te bezien of hierin verbetering kan worden gebracht. De heer MINDERHOUD stelt voor de tarieven voor het badhuis met 0,05 per bad te verhogen. Mejuffrouw t' SAS zegt, dat het antwoord van Burgemeester en Wethouders op haar vraag inzake het schoolzwemmen niet bevredigend is. Inderdaad is het zwemmen van particulieren voordeliger, indien men rekent naar een verhouding van 1 schoolbad tegen 1 particulier bad. Men moet evenwel ook rekening houden met de intensiteit van het gebruik van het bad tijdens het schoolzwemmen. Spreekster zegt, dat haar vraag inzake volgnr 196 niet voldoende is beantwoord. Zij zal nog gaarne een volledig antwoord ontvangen. Wethouder STUBENROUCH heeft met belangstelling het betoog van de heer Rattink inzake het vervoer van gewonden gevolgd. Hij wil echter voorop dit zeggen: Vervoer van zieken door een gemeentelijke dienst biedt niet in zich de garantie, dat de tijd, waarbinnen geholpen kan worden tot een minimum wordt beperkt. In het college heeft deze kwestie de aandacht. Spreker is gaarne bereid de overwegingen van de heer Rattink te bestuderen en tezijnertijd hierover aan de raad me dedelingen te doen. Indien de heer Mendes zijn voorstel niet behandeld wil zien als een motie, is spreker bereid de gedane suggestie te be zien. Aan Mejuffrouw t' Sas wil spreker toezeggen de kwestie van het schoolzwemmen nog nader te bezien; de vraag is onder andere of het schoolzwemmen rendeert voor de schooljeugd. De vraag inzake volgnr 196 is niet duidelijk; in ieder geval kan spreker deze thans niet zonder meer beantwoorden. Hij zal Mejuffrouw t' Sas nog nader inlichten. De heer Minderhoud heeft voorgesteld de tarieven van het badhuis met 0,05 per bad te verhogen. In zich bestaan daartegen eigenlijk weinig bezwaren, doch men moet zich wel realiseren dat het badhuis wordt bezocht door de minst draagkrachtigen. Als het niet persé nodig is, dan moet men de tarieven niet verhogen. Er zijn ook vele grote gezinnen, die van het badhuis gebruik maken. Voorshands voelt spreker niet veel voor tariefverhoging. De heer JONGBLOED wil naar aanleiding van de begroting van het badhuis opmerken, dat het nadelig saldo ieder jaar stijgt. Toch wil hij niet de tarieven verhogen om dit saldo te drukken. Het badhuis is er vooral voor mensen met smalle beurs, die niet over een geyser be schikken. Spreker geeft in overweging de tarieven te variëren einde van de week duurder dan aan het 'begin van de week. Op deze manier behoeven de kosten voor de gebruikers niet hoger te zijn. Het is moei lijk te beoordelen, of er meer badhuizen moeten zijn. Utrecht heeft na zijn annexatie de beschikking over 7 of 8 badhuizen. In vergelijking met andere plaatsen is de situatie in Breda in dit opzicht niet erg gunstig. In de eerste plaats dient men in de eigen woning over een douche te beschikken; daarom steunt spreker het voorstel van de heer Mendes. Hij zou gaarne vernemen, of de raad zich met dit voorstel verenigt. De VOORZITTER heeft er geen bezwaar tegen als de raad een prae- advies van Burgemeester en Wethouders wil verwachten op het voor stel van de heer Mendes; het ontmoet wel bezwaren om terzake thans een beslissing te nemen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 385