9 DECEMBER f954 397 darn en met andere gèmèeriten waar deze Raad reeds werkzaam is, wordt contact opgenomen. Het bejaardenvraagstuk wordt reeds bestudeerd en spreker zegt dat binnenkort een voorstel van Burgemeester en Wethouders hierover aan de Raad zal Worden doorgelegd. Ofschoon de heer Brinkèrhof dankwoorden gesproken heeft ovêr het niet opleggen van alimentatieplicht bij de brah'dstofferitoesïag is spreker van mening, dat de uitwassen zullen moeten verdwijnen. Ook de bejaardenorganisaties zijn hiérvan overtuigd, ten aanzien van de woorden van de heer Brinkerhof over de welvaart van de Nederlandse Bevolking, zegt spreker dat het Bestuur van de Instelling voor Maat schappelijke Zorg aan degenen, die in zorg zijn, alle aandacht besteedt. Wethouder MEIJS zegt dat de heer Brinkerhof gesproken heeft over reductie op de tarieven der energiebedrijven voor rentetrekkers. Hij kan over deze materie niet zeggen, dat de aanhouder zal winnen. Eën tegemoetkoming aan de zgn. vergeten groepen verstrekken, zal zijns inziens in de praktijk grote moeilijkheden opleveren. Spreker zegt toe te bezien of aan het verzoek tot het toekennen van een reductie op de tarieven van de Lichtbedrijven aan de „ver geten groepen" kaft worden tegemoetgekomen. De heer BRINKERHOF zegt in verband met de vraag van de heer Quaedvlieg, dat hij er inderdaad bezwaar tegen heeft om alle grote gezinnen te laten profiteren van de gezinsreductiès. Spreker acht déze reductie niet rtodig voor de draagkrachtige grote gezinnen. Hij mèènt dat hij in zijn betoog duidelijk is geweest. Hij heeft op het oóg de gepensionhèerden, de kléine middenstanders en die rentetrekkers, waarvoor de ziekenfondspremie door Sociale Zaken wordt betaald. Hierna wordt hoofdstuk IX zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Hoofdstuk X geeft geen aanleiding tot het maken van opmerking. De VOORZITTER stelt hoofdstuk XI aan de orde. Mejuffrouw t' SAS vraagt of de controle op onze trouwe viervoeters niet verscherpt kan worden. Spreekster zegt de laatste tijd ontzettend veel honden te zien rondlopen, die geen belastingpenning dragen. De heer VAN BOXTEL zegt dat van de dynamische aanwas van de honden niets blijkt uit de raming van de hondenbelasting in dè be groting 1955. Wethouder MEIJS zegt dat het achterhalen van de eigenaars en hou ders van honden erg moeilijk is. Het zou wellicht voor de gemeente gemakkelijk Zijn, indien zij een imitator met een animale aanleg als hondenmepper in dienst konden nemen. Spreker is evenwel van me ning, dat de controle op de honden, die straalsgewijze geschiedt, vol doende is. Hierna wordt hoofdstuk XI zonder hoofdelijke stemming aan genomen. De Hoofdstukken XII, XIII, XIV van de gewone dienst en de ka- pitaaldienst geven geen aanleiding tot opmerkingen. De behandeling van de gemeentebegroting 1955 is hiermede afgedaan, zodat deze is aangenomen en vastgesteld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 397