17 MAART 1954 77 b. Crediet sportvelden Lovensdijkstraat. De heer VAN GISBERGEN zegt, dat de in de voorstellen genoemde bedragen voor onderhoud, bemesting e.d. van de grasmat hem buiten sporig hoog voorkomen. De heer VERSCHUREN sluit zich bij de vorige spreker aan. De kosten bedragen volgens hem niet hoger dan 5000.per ha. De heer HULSKRAMER zegt verheugd te zijn over de aanleg van deze velden. Spreker vraagt of de toebedeling van deze velden zo breed mogelijk kan geschieden, zodat ook de jeugdorganisaties, welke sport beoefenen aan de beurt kome' Wethouder STUBENROUCH zegt, dat een bedrag van 1,— per m2 voor onderhoud van de terreinen, wel een redelijk bedrag lijkt. Spreker kan werkelijk niet zeggen hoe het bedrag is samengesteld. De heer VAN GISBERGEN vraagt het voorstel aan te houden om de wethouder gelegenheid te geven een nadere specificatie te geven. De VOORZITTER zegt, dat deze credieten zijn gevraagd op basis van voorlichting door deskundige hoofdambtenaren. De feitelijke betaling van deze bedragen loopt via het college van Burgemeester en Wethou ders, zodat op dc besteding van het geld wordt toegezien. Spreker betoogt, dat men dit vertrouwen de hoofdambtenaren niet mag ont zeggen. De heer VERSCHUREN wil gaarne de berekening zien. Bovendien vraagt spreker de benodigde graszaden in Breda te bestellen. De VOORZITTER antwoordt, dat dit een kwestie van uitvoering is. De wethouder zal een gespecificeerde begroting met hem bezien. De heer VAN GISBERGEN gaat thans met het voorstel accoord, doch vraagt in het vervolg de berekeningen er bij te doen. De VOORZITTER zegt dit toe. Wethouder STUBENROUCH antwoordt, dat beschikbaarstelling van speelterreinen voor de jeugdorganisaties zijn aandacht heeft. Overeenkomstig de voorstellen wordt besloten. 18. Ruiling van grond Chasseeterrein en Keizerstraat met het Rijk. Dit voorstel wordt aangenomen. 19. Aankoop van grond. De heer VERSCHUREN vraagt of men het boerderijtje van Basti- aansen gaat afbreken. Wethouder VAN HOUTEN antwoordt, dat de grond, waarop dit boer derijtje staat, bestemd is voor récreatie en dat dit niet direct afgebroken behoeft te worden. Overeenkomstig deze voorstellen wordt besloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 77