14 APRIL 1954 91 er niet toe. Als het kan moet de zaak vrijgelaten worden. Spreker wil echter niet over gaan als de heer Kroon. Alvorens een oordeel te kun nen vormen moet de Raad geinformeerd zijn over de woningnoodsitua tie en wat daarmede samenhangt. Hij vraagt mitsdien het punt aan te houden en het woningnoodbureau de nodige gegevens te laten ver strekken. De heer VERMEULEN is het volledig met het prae-advies eens. Het moment van vrijlating acht hij nog niet gekomen. Spreker wenst naast de huidige commissie ex art. 8 der Woonruimtewet de instelling van een commissie, samengesteld uit de burgerij, waar men in beroep kan gaan tegen een onjuiste beslissing van het woningnoodbureau. Aan een dergelijke vertrouwenscommissie is volgens spreker grote behoefte. Mejuffrouw KOPPELAAR wil zowel het verzoek van de heer Toxo- peus als het voorstel van de heer Vermeulen gaarne ondersteunen. Wethouder ROMSOM zegt, dat Burgemeester en Wethouders niet op de suggestie van de heer Kroon kunnen ingaan. De woningruil wordt momenteel erg soepel toegepast; vrijlaten is echter niet mogelijk. In dien de woningruil vrijgegeven zou worden, dan zou ook iemand zon der economische) belangen zich hier kunnen vestigen. Dit is momenteel echter niet mogelijk, zodat de regeling gehandhaafd zal moeten blijven. Evenzo voor wat betreft het vrijlaten van woningen boven een bepaald huurbedrag. Dit zou een grote onrechtvaardigheid zijn tegenover de kleine man. Ten aanzien van de dienstwoningen deelt spreker mede, dat ook hier steeds een zeer soepel standpunt wordt ingenomen. Op het ogenblik, zijn 2300 gegadigden ingeschreven voor een woning, ter wijl dagelijks nog stapels brieven binnenkomen over woningproblemen. De woningnood is nog zo groot, dat niet een méér coulant standpunt kan worden ingenomen. Hij vraagt derhalve om de bestaande maat regelen voor Breda te handhaven. De heer VERMEULEN merkt op, geen antwoord op zijn vraag te heb ben ontvangen over de voorgestelde commissie, die als beroepsinstan tie zou moeten fungeren. Wethouder ROMSOM zegt, dat hij, gezien de resultaten in andere ge meenten, huiverig is voor zo'n commissie. Hij wil deze aangelegenheid echter wel onderzoeken en de Raad t.z.t. inlichten. De heer TOXOPEUS wil toch exacte cijfers zien. Hoe kan de Raad oordelen of de woningruil al of niet vrijgelaten kan worden, indien hij niet) weet hoeveel mensen er ruilen. Spreker wil eerst gaarne een vol ledig inzicht hebben in het woningnoodprobleem, voordat hij wil oor delen of bepaalde onderdelen ervan al of niet vrijgelaten kunnen wor den. Wethouder ROMSOM zegt, dat de cijfers erg uiteen lopen. Ten tijde van de vestiging van de Hispano Suiza waren er veel ruilingen, terwijl dit thans lang zo groot niet meer is. De VOORZITTER merkt op, dat onlangs het jaarverslag van het wo ningnoodbureau aan de Raad ter kennis i's gebracht. Dat jaarverslag was zeer uitvoerig. Spreker zou niet weten wat er nog meer aan gege vens zou moeten worden overgelegd. De jaarlijkse gegevens zijn meer dan voldoende om ook tot een verantwoorde beslissing te komen. Van uitstel verwacht spreker weinig voordeel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1954 | | pagina 91