13 JULI 1955
167
De heer BASTIAANSEN vraagt zich af of het prae-advies van Burge
meester en Wethouders te rijmen is met het antwoord, dat Burgemeester
en Wethouders gegeven hebben op de vraag van de heer Vermeulen.
Het antwoord gaat uit van een andere gedachte dan vermeld is in het
voorstel.
De VOORZITTER antwoordt, dat hij een poging zal doen om in dit
gevecht een positie in te nemen. Spreker wil allereerst stellen, dat alle
sprekers met zwaar geschut hebben gewerkt. Hij vraagt zich af of het
nu gaat om het spel of om de knikkers. Aanleiding van het debat is
geweest een bepaald omlijnd artikel in de K.A.B.-flitsen. Dit heeft bij de
Partij van de Arbeid een bepaalde geprikkeldheid opgewekt. Zij stelde
daarbij terecht, dat hier politieke propaganda was gepleegd. Er is daarbij
gesteld, dat, als het college waakzaam ware geweest, dat dan met een
waarschuwing had kunnen worden volstaan en dat er dan geen debat ge
komen zou zijn. Spreker vraagt zich af, of dit zo inderdaad zou zijn
gelopen of dat men andere bedoelingen heeft. Het College van Burge
meester en Wethouders gaat bij het antwoord op de door de heer Ver
meulen gestelde vraag en in zijn voorstel van dezelfde gedachte uit. Er
is niet, zoals de heer Bastiaansen stelt van een tegenstelling sprake.
Burgemeester en Wethouders zijn van mening, dat hier van politieke pro
paganda sprake is en dat daarom tegen de door de Raad gestelde voor
waarden is gehandeld.
De brief aan de K.A.B. is nog niet uit. Burgemeester en Wethouders
hebben besloten hiermede te wachten tot dit debat zou hebben plaats
gehad en als de Raad Burgemeester en Wethouders in deze wil volgen.
Wanneer het voorstel van de heer Toxopeus wordt aanvaard, dan zal er
een zwaardere brief aan de K.A.B. moeten uitgaan. Spreker meent, dat
het beter is, wanneer de zaak binnen normale proporties wordt gehouden.
Dit geschiedt, als de Raad het voorstel van Burgemeester en Wethouders
accepteert. Deze discussie in de openbare vergadering en het Verslag
daarvan in de pers, zal de brief van Burgemeester en Wethouders dui
delijker maken. Het zou niet juist zijn Burgemeester en Wethouders te
dwingen hetzelfde zware geluid te doen horen als hier vernomen wordt.
Hiermede is de zaak niet gediend. Als de heer Nieuwlaat voorzichtige
hantering van het subsidiariteitsbeginsel vraagt dan kan spreker hem wel
volgen.
De eerste helft van deze vergadering heeft zulks wel bewezen. Ook
de Raad betracht hier grote voorzichtigheid. Spreker wil niet zover
gaan, dat de K.A.B. nu al de zwaarste straf intrekking van het subsi
die krijgt. Een waarschuwing is hier meer op haar plaats. De heer
Toxopeus stelt voor het subsidie alleen te verstrekken, als ook politieke
vorming uit het K.A.B.-werk verdwijnt. Hij meent dit de Raad te moeten
ontraden. Zowel bij radio, als onderwijs en bibliotheekwezen wordt po
litieke vorming gegeven met overheidsgeld. De Raad heeft zich thans
uitgesproken. Of het toezicht van Burgemeester en Wethouders zo ver
moet gaan als de heer Vermeulen dit wenst, betwijfelt spreker. Burge
meester en Wethouders zijn inderdaad wel capabel om de controle uit
te voeren. Afgezien daarvan, kan het college, zoals gebleken is, wel ver
trouwen op de speurdersinstincten van de Raad. Spreker wenst er de
nadruk op te leggen, dat men goed doet, zich hier te beperken. Men
streve niet naar toespitsing van het conflict, doch men trachte de zaak
liever glad te strijken. Het is prudent zich te houden aan het prae-advies
van Burgemeester en Wethouders. Anderzijds zal ook de redactie van
de K.A.B.-flitsen voorzichtig moeten zijn. Burgemeester en Wethouders
zullen een waarschuwing doen uitgaan. Helpt zulks niet, dan zullen
Burgemeester en Wethouders de K.A.B. ter verantwoording roepen.
Dc heer KROON zegt, dat hij gaame meegaat met het voorstel van