17 AUGUSTUS 1955
189
De VOORZITTER antwoordt, dat de Raad indertijd een wijs besluit
genomen heeft, toen hij deze kwestie delegeerde aan B. en W. Ook hier
geldt „zoveel hoofden, zoveel zinnen". Toch is het juist, dat B. en W.
van hun besluiten kennis geven aan de Raad. Dat de voetgangers geen
rechten meer zouden hebben is niet juist. B. en W. erkennen, dat het
verkeer moeilijk en gevaarlijk wordt. De meest radicale oplossing zou
zijn, dat alle verkeer in de binnenstad werd verboden. Dit heeft echter
ook zijn bezwaren. Het standpunt van B. en W. is zo weinig mogelijk
verbodsbepalingen in het leven te roepen en de vrijheid zo groot moge
lijk te laten. Daarom proberen B. en W. eerst met een parkeerverbod
van een half uur, vóór tot het invoeren van een algeheel parkeerverbod
over te gaan. Hij wil echter de regeling van het verkeer op Zaterdag
middag nog wel eens aan de verkeerscommissie voorleggen. Spreker is er
van overtuigd, dat, wat het college in deze ook zal doen, er altijd weer
bezwaren zullen rijzen. Niet iedereen is te gerieven. Daarom is het beter
de discussie te sluiten.
Hierna wordt de mededeling voor kennisgeving aangenomen.
10. Vinkenburgseweg.
Dit voorstel wordt aangenomen.
11. Heffing marktgeld.
De heer WEZENBEEK zou gaarne een suggestie willen doen. Hij
logeerde kortgeleden in Groningen. Vanuit zijn hotel had hij 't uitzicht
op de markt. Het viel hem op, dat bij elke kraam waar afval aan te pas
kwam een vuilnisemmer was geplaatst. Hij heeft hierover met bevoegde
personen gesproken. Hierbij bleek, dat iedere standhouder heeft te zorgen
voor zindelijkheid rond zijn kraam. Wordt hieraan niet voldaan, dan kan
de marktmeester een volgende maal een standplaats weigeren.
De heer BRINKERHOF wenst hetgeen de heer Wezenbeek heeft ge
zegd dik te onderstrepen. In Breda is het zelfs zo, dat er groentehandela
ren zijn, die afval van huis medenemen om dat op de markt te depo
neren. In de verordening wordt niet gesproken over auto's van waaruit
verkocht wordt. Spreker acht het wenselijk, dat ook deze in de verorde
ning worden genoemd.
Wethouder MEIJS zou onder de woorden van de heer Wezenbeek
nog een dikkere streep wensen te zetten. De rommel op de markt is hem
steeds een ergernis geweest. Er zijn reeds dikwijls maatregelen genomen,
waarbij bepaalde kooplieden zijn uitgesloten. Zo ver als in Groningen
is men hier nog niet. Spreker stelt zich voor deze kwestie in het college
van B. en W. te bespreken. Het opnemen van de auto's in de verordening
lijkt spreker niet noodzakelijk, omdat marktgeld wordt berekend naar
de ingenomen oppervlakte. Deze zaak zal alsnog worden bezien.
Hierna wordt het voorstel aangenomen.
12. Verzoek van F. Gersen.
De heer BRINKERHOF zegt het prae-advies van B. en W. te willen
aanvaarden, omdat er voor dit jaar toch niets meer aan te doen is. Naar
zijn mening zit er echter iets scheefs in. Breda viert feest voor de mid
denstanders en doet er verder van alles voor. Hier is echter ook sprake
van een middenstander, waarvoor niets wordt gedaan. Spreker hoopt dat