332 29 NOVEMBER 1955 opsomming van een aantal uit te voeren objecten is niet wat spreker bedoelt. Hij zou gaarne inzicht hebben in een investeringsplan, doch heeft daarover nu niet direct te beschikken. Spreker weet nu de bedoe ling en heeft begrip voor de bezwaren van ontijdige publicaties. Maar men kan bepaalde zaken ook in niet openbare raadsvergaderingen be handelen. Het is duidelijk dat een rangorde van urgentie niet is aan te geven. In incidentele gevallen kan spreker akkoord gaan met het coursen op de wind van de dag in het algemeen dient op een uit gezette koers te worden gevaren. Er is door de voorzitter gezegd dat de financiële verhouding duidelijk blijkt uit de begroting; de desbetreffende opmerking was echter niet voor 1956 bedoeld doch voor langere termijn. Voor de eerstkomende 5 jaren worden niet-rendabele investeringen tot een bedrag van 70.000.000.geraamd. In dit licht begrijpt spreker niet hoe dan de begroting voor 1958 sluitend kan zijn. Er zal alsdan jaarlijks de rente en aflossing van 14.000.000.ten laste van de be groting komen. Spreker hoopt met de Voorzitter, dat Breda na de sub jectieve verhoging der algemene uitkering opgetrokken kan worden tot het verzorgingsniveau van gelijksoortige gemeenten. Voorstellen inzake de commissionale arbeid wacht spreker met belangstelling af voor lichting door deskundigen zal vruchtbaar zijn voor het werk van de raad. Spreker is dankbaar voor de toezegging van een behandeling der financiële verhouding voor de Raad door een deskundige. Spreker heeft in eerste instantie zich vrij scherp geuit met betrekking tot de delegatie van bevoegdheden in het licht van de verhoudingen tussen Burgemeester en Wethouders en de Raad. Met de voorzitter is hij het eens, dat deze twee zaken afzonderlijk moeten worden bezien. Spreker juicht het toe, dat de Havenkwestie in 1956 zal worden behandeld; hij hoopt dat dan het gehele binnenstadsprobleem gelijk zal kunnen worden bezien. Met de suggestie om eerst verder te gaan met efficiëncy-onderzoekingen nadat de resultaten der commissie voor het rapport inzake openbare werken bekend zijn, kan spreker akkoord gaan. Spreker geeft toe dat voor gemeentelijke bedrijven niet dezelfde maat staven gelden als voor commerciële. Het was prettig te vernemen, dat men met functie-analyse bezig is, zij het dan voorlopig beperkt om in zicht te krijgen. Van behandeling van het hoogspoor wil spreker wel afstappen nu deze zaak nog niet rijp is voor een openbare vergadering. Zouden mogelijk reeds in een besloten vergadering mededelingen kun nen worden gedaan? Burgemeester en Wethouders hebben klementie gevraagd wegens de korte tijd van voorbereiding voor de memorie van antwoord op het centraal rapport. Spreker wil inderdaad klement zijn doch meent, dat als Burgemeester en Wethouders een lange termijn van voorbereiding hadden genomen er tijdwinst uit een meer gedegen behandeling zou zijn gehaald. Wethouder Meijs heeft gezinspeeld op de verkiezingen van volgend jaar. Spreker weet niet welke aanleiding hij daartoe heeft ge geven; in ieder geval is dit niet zijn bedoeling geweest. Met betrekking tot herziening der waterleidingtarieven is er van alle zijden aandrang uitgeoefend. Het is van weinig belang welke fractie met voorstellen is gekomen het gaat hier in de eerste plaats om het algemeen belang. Spreker wil van deze zaak nu afstappen op grond van de toezegging dat in het komende jaar een voorstel tot herziening der waterleidingtarieven is te verwachten. De motieven voor dit uitstel zijn nog niet duidelijk. Wethouder Meijs zegt niet waarom op de water leidingwet moet worden gewacht. Wethouder Meijs heeft gereageerd op spreker's betoog inzake een niet sluitende begroting als ander uiterste van een zuinige begroting. Spreker heeft dit echter niet als realiteit gesteld doch als een gevaar gesignaleerd. Spreker's bezwaar ging tegen de technische wijze waarop men aanvankelijk de begroting op kramp-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1955 | | pagina 332