r
30 NOVEMBER 1955
365
het rijk gestelde curveprijs is voor hem aanleiding geweest een oplossing
te zoeken uit deze impasse. Deze oplossing meende hij te hebben ge
vonden door het inschakelen van een combinatie van bouwondernemers.
Men kan hiertegenover argwanend staan, maar volgens spreker moet er
een mogelijkheid in zitten, dat door de combinatie iets wordt gedaan
om woningwetwoningen te bouwen.
Volgens de heer Brinkerhof zou het de schuld van de heer Quaedvlieg
zijn, dat er geen woningwetwoningen worden gebouwd. De heer Quaed
vlieg heeft volgens sprekers mening dit heel anders bedoeld, dan door de
heer Brinkerhof naar voren is gebracht. Het ging er toen om welke
vorm er zou worden gekozen nl. particuliere of overheidsbouw. Het
speekt vanzelf, dat de K.V.P.-fractie geporteerd is voor particuliere
bouw.
In de pers heeft spreker gelezen, dat de P.v.d.A. de oplossing van het
probleem ziet door nationale bouw. Hierin komt het begrip „socialisatie'
om de hoek kijken. Hij roept Engeland in herinnering, waar de sociali
satie in het algemeen niet erg bevorderlijk bleek voor de produktie. Als
een voorbeeld in Nederland noemt hij de Polynorm.
Spreker wenst thans nog even terug te komen op de opmerking van
de heer Vermeulen bij de algemene beschouwingen over het efficiëncy-
rapport van Openbare Werken. Hij noemde Spreker een voorloper in
negatieve zaken. Spreker meent, dat de heer Vermeulen te snel is met
zijn conclusies en dat hij beter moet luisteren. In verband met de op
gedane ervaringen met het bureau van de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten kan Spreker begrijpen dat men liever voorlopig van verdere
efficiëncy-rapporten afziet. Het was alleen zijn bedoeling te doen blijken,
dat hij Burgemeester en Wethouders kon volgen in hun opvatting. On
nodige discussie is daarmede vermeden.
Verder wijst spreker er op, dat de heer Vermeulen gesproken heeft
over de eenstemmigheid tussen de Katholieke en de Protestant-Chris
telijke fractie.
De VOORZITTER verzoekt de heer Bastiaansen deze kwestie buiten
beschouwing te laten, omdat de algemene beschouwingen zijn afgehan
deld.
De heer KLOMPERS zal de heer Brinkerhof nergens van beschuldi
gen, omdat hij de ouderdom wil eren. Hij ontkent, dat hij gepleit zou
hebben voor flatwoningen boven woningwetwoningen. Spreker zegt het
door hem gesprokene nog duidelijk in het hoofd te hebben. Hij herhaalt,
dat door hem geadviseerd werd dure flats af te wisselen met kleinere
woningen met een huur van hoogstens 50,-per maand. Indien de
heer Brinkerhof meent, dat deze huur te hoog is, dan moet spreker
opmerken, te hebben gedacht, dat de lonen van de werknemers beter
zijn dan 40 a 50 jaar geleden. Ervan uitgaande, dat men ongeveer 1h
gedeelte van het inkomen moet kunnen besteden voor huur, dan, meent
spreker, is 50,per maand aan de lage kant.
De heer KROON is van mening, dat de woningnood Staatsvijand no. I
is. De woningbouw acht zijn fractie dan ook het allerbelangrijkst, doch
Spreker moet op de eerste plaats zeggen geen voorstander te zijn van
gemeentelijk woningbezit. Hij vindt dit jammer voor de heer Brinkerhof.
Hij is van de noodzakelijkheid doordrongen, dat de gemeente in de
huidige omstandigheden alles moet doen om tot de bouw van woning
wetwoningen te geraken en is ervan overtuigd, dat Burgemeester en
Wethouders op dit punt zeer diligent zijn.
Bij het stichten van een nationale organisatie, waarover door de heer
Brinkerhof gesproken is, komt inderdaad de socialisatie om de hoek