Buitengewone vergadering van de Raad
27 december 1955 te 19.00 uur
Tegenwoordig: Mevr. M. W. B. A. VAN MIERLO-MUTSAERS, Mevr.
E. M. SLOT-PLATTEL, Mej. J. P. KOPPELAAR, Mej. D. M. J. t' SAS
en de heren: Mr. K. A. M. BASTIAANSEN, W. A. BLIEK, W. C. A. M.
VAN BOXTEL, J. D. F. BRINKERHOF, J. M. VAN BIJNEN, H. J. C.
COSIJN, C. VAN DEN EEDEN, N. W. C. VAN GISBERGEN, G. F.
HULSKRAMER, A. JONGBLOED, J. J. KAMPHUYS, G. J. KLOMPERS,
J. A. KOOLS, D. J. A. KRAMERS, A. KROON, A. LOSSEZ, A. MEN-
DES, J. A. MEIJS, G. MINDERHOUD, F. H. M. MOL, P. F. C.
NIEUWLAAT, F. P. VAN DE NOORT, A. J. A. RATTINK, A. P.
ROMSOM, C. J. A. SONDERMEIJER, Drs. G. C. STUBENROUCH,
Mr. E. H. TOXOPEUS, Drs. O. G. E. M. VERHAAK, J. F. V. VER
MEULEN, J. VERSCHUREN, A. J. WEZENBEEK.
Voorzitter: de heer Mr. Dr. C. N. M. KORTMANN.
Secretaris: de heer Mr. Ph. I. E. VAN WOENSEL.
De VOORZITTER opent de vergadering en spreekt het gebed uit,
waarvan de tekst is opgenomen in artikel 8a van het Reglement van orde
voor de vergaderingen van de gemeenteraad.
Hierna spreekt de VOORZITTER de volgende rede uit:
Leden van de Raad,
100.000 lijkt een magisch getal. Zonder meer kan het ritme dezer cij
fers onze vluchtige aandacht vangen.
De 100.000 in een loterij beduidt een schat. De 100.000, een ton gouds,
voor bijna ieder een onvervulde wensdroom.
Maar 100.000 burgers voor een stad! Een hoge grenspaal langs een
verre weg! De vlaggen waaien uit, wij steken ons in feestkledij, muziek
klinkt op, de glazen schuimen vol.
Want 100.000 burgers juichen, één van hart, en „koesteren het jonge
blad: dit kind, dat aan de glorie schrijft van onze stad", zoals de Bredase
dichter Bert Voeten dit heeft gezegd.
Breda passeert een grens.
Zoals een man over de landsgrens stapt, die onzichtbare lijn, dwars
over de weg, dwars door wei en veld. Onzichtbaar, onmerkbaar, maar
toch: er is iets anders achter die lijn een grens.
Of zoals iemand een leeftijdsgrens overschrijdt. Gister was hij 49, van
daag 50 jaar. Er gebeurt niets bijzonders, maar toch: er is iets anders
achter die lijn een grens.