16 FEBRUARI 1955 43 20. Crediet bouw gymnastieklokaal Jacob Edelstraat. De heer MOL wenst Burgemeester en Wethouders in overweging te geven de centrale verwarmingsinstallatie te doen vervangen door air conditioning. Het verschil in prijs is gering. De VOORZITTER zegt met de opmerking rekening te zullen houden en de zaak te zullen bekijken. Overeenkomstig het voorstel wordt besloten. 21 a t/m g. Diverse aankopen. 21 f. Mejuffrouw KOPPELAAR acht het niet juist dat, indien door de ambtenaar van de gemeente met een eigenaar afgesproken wordt nog nader bij de betrokkene terug te komen en hieraan geen gevolg wordt gegeven, na een eenmalig bezoek direct een gerechtsdeurwaarder ter betekening van een exploit wordt gezonden. Wethouder JONGBLOED herinnert zich een geval, dat door de eige naar werd afgesproken nader bericht te zullen zenden. Omdat dit bericht niet werd ontvangen, werd de procedure voor onteigening gevolgd. Spre ker is van oordeel dat met de belangen van de eigenaren zeer zeker rekening wordt gehouden. De VOORZITTER zegt dat het meer voorkomt dat mensen menen verkeerd behandeld te worden, vooral indien het aankoop van grond betreft. Spreker zou gaarne het bewijs geleverd zien. Hij is ervan over tuigd dat de ambtenaren van de dienst van Openbare Werken steeds de meest mogelijke hoffelijkheid betrachten. Of het in het geval, dat Mejuf frouw Koppelaar bedoelt, gebeurd is, zal worden onderzocht en zij zal tezijnertijd worden ingelicht. Mejuffrouw KOPPELAAR dankt voor de gedane toezegging. De heer SONDERMEITER zegt dat het door Mejuffrouw Koppelaar bedoelde geval Mevrouw Vermeulen betreft. Hij heeft hierover van haar een schrijven ontvangen. Spreker dringt aan op het instellen van een onderzoek naar de gang van zaken. De VOORZITTER zegt toe dat nadere inlichtingen zullen worden gegeven. De Burgemeester, Mr Dr C. N. M. Kortmann verschijnt ter vergadering en neemt het voorzitterschap van de heer Meijs over. 21 g. De heer VERMEULEN heeft tegen het voorstel geen bezwaar, doch acht de huuropbrengst te hoog in verband met de waarde van de huisjes. Hij meent dat de gemeente zich niet schuldig mag maken aan woeker en vraagt aan Burgemeester en Wethouders of zij voornemens zijn de huur op onveranderd peil te handhaven. Spreker acht het woord „woning" voor deze huizen een te weids begrip en is persoonlijk van mening dat de huren door de gemeente niet te handhaven zijn. De heer WEZENBEEK zag gaarne dat in het vervolg in de voorstellen de aan te kopen panden worden aangegeven met de huisnummers en niet alleen de sectienummers.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1955 | | pagina 43