58 16 MAART 1955 industrialiseerd. Ik wijs in dit verband bijv. op de gemeente Etten-Leur en Oosterhout, terwijl ook plaatsen als Oudenbosch belangrijke in dustrieën hebben bijgekregen. Indien wij in de wedloop om het aantrekken van nieuwe industrieën iets sneller waren geweest, Mijnheer de Voorzitter, hadden mogelijk enkele van deze industrieën in Breda gevestigd kunnen worden. Of dit een gelukkiger oplossing zou zijn geweest èn voor Breda èn voor de genoemde gemeenten zou dan echter nog de vraag zijn. Dit nieuwe industrieële gebied rond Breda, Mijnheer de Voorzitter, heeft in zichzelf, conjuncturele crisis voorbehouden, de mogelijkheid tot verdere groei. Nevenbedrijven zullen zich daar gemakkelijker vestigen. Voor de Bredase Industrie echter valt daardoor een belangrijk gebied waaruit zij tot dusver kon putten geheel of ten dele weg. De gevolgen daarvan zijn vandaag de dag merkbaar. Het is voor de gemeente Breda, Mijnheer de Voorzitter, dus niet zo, dat om deze redenen snel tot industrie-uitbreiding zou moeten worden overgegaan. Ik zou het daarom prettig vinden, indien met betrekking tot dit punt van de zijde van Uw college meer concrete gegevens aan de Raad zouden worden verschaft. Ik denk daarbij aan prognoses met betrekking tot toename van de beroepsbevolking en de opnamecapa citeit van de reeds bestaande industrieën in en rond Breda. Hoe groot is het aantal werklozen ingeschreven bij de verschillende betrokken arbeidsbureaux? Hoe groot is het aantal aanvragen om arbeidskrachten? Allemaal gegevens, Mijnheer de Voorzitter, die niet alleen interessant zijn maar ook van belang voor het kunnen vaststellen van een grote lijn. Ik heb werkelijk eerlijk getracht, Mijnheer de Voorzitter, in Uw prae- advies klemmende argumenten te vinden om in te gaan op Uw voorstel met aanvaarding van de daarbij door U gestelde condities. Tot mijn spijt heb ik deze niet kunnen ontdekken. Laat ik daarom Uw argumen tatie op de voet volgen. Dat het de taak van Uw college is zoveel mogelijk te zorgen dat op aangelegde industrieterreinen, zich industrieën vestigen is logisch, daarvoor zijn industrieterreinen bedoeld. Het tempo waarin en de wijze waarop kan echter eerst dan worden vastgesteld als wij beschikken over o.a. de hiervoor door mij reeds gevraagde gegevens. Kapitaal in industrieterrein belegd is mogelijk financieel gezien rente loos, men mag hier echter niet rekenen met normen welke men gewoon is te gebruiken voor andere beleggingen, omdat hier belangrijker waar den op het spel staan. Of de bouw van industriehallen zo stimulerend zou werken als door U wordt verondersteld komt mij, rekening houdend met de situatie op de arbeidsmarkt, hoogst twijfelachtig voor. U zoudt dan waarschijnlijk meer faciliteiten moeten geven met betrekking tot woonruimten als waartoe U, gegeven de huidige woningsituatie, redelijkerwijze in staat bent. De bestaande industrieën ondervinden daarvan dikwijls reeds de nare gevolgen bij het aantrekken van arbeidskrachten van buiten de gemeente. Dat de gemeente de eerst aangewezene zou zijn nu voor bestaande kleine industrieën industriehallen te gaan bouwen lijkt mij ook iets te ver gaan. Indien deze ruimten door de gemeente rendabel geëxploiteerd moeten worden, dan zie ik niet in, afgezien van het kapitaalrisico, wat bij bouw door de gemeente geheel voor risico van deze gemeente komt, welk voordeel daaraan voor de kleine ondernemer verbonden kan zijn. En ook al zouden aan deze vorm voor de kleinere ondernemer bepaalde voordelen verbonden zijn, dan is het voor mij nog de vraag of dit alleen al voldoende motief is om het dan maar van gemeentewege te laten doen. Voor deze beslissing zouden ook meer gegevens nodig zijn dan uw prae-advies ons verschaft.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1955 | | pagina 58