88
13 APRIL 1955
tiging te verlenen aan het daarvoor in aanmerking komende personeel
in dienst van deze gemeente een gelijke uitkering bij wijze van voorschot
te verstrekken. De uitkeringen variëren van f 50,tot f 240,50 over een
half jaar.
Voor de eerstvolgende vergadering zal Uwe Raad terzake een voorstel
van Burgemeester en Wethouders worden toegezonden, waardoor U in
de gelegenheid zult zijn kennis te nemen van de betrekkelijke loon- en
salarisverhogingen.
De heer TOXOPEUS vraagt naar de betekenis van de mededeling,
dat deze loon- en salarisverhoging bij het Rijk in voorbereiding is.
Wethouder ROMSOM zegt, dat de uitkering bij de gemeente thans
kan worden gedaan.
De heer TOXOPEUS wenst niet, dat het gemeentepersoneel achter
komt bij het rijkspersoneel, doch de gemeente behoeft ook niet voor te
gaan.
De VOORZITTER wijst erop, dat de laatste tijd regelmatig voorstel
len moeten worden gedaan met betrekking tot algemeen geldende ver
hogingen op de bezoldiging. Het lijkt spreker doelmatig, dat de Raad
dienaangaande aan B. en W. een algemene machtiging verstrekt. De
raad kan dan nog regelmatig op de hoogte worden gehouden; bij een
dergelijke mededeling kunnen dan eventueel bepaalde desiderata ter
tafel worden gebracht.
De heer VERMEULEN vraagt een nadere omschrijving van een
dergelijk delegatiebesluit.
De VOORZITTER zegt toe in de volgende vergadering met een ge
documenteerd voorstel te zullen komen.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten.
Rondvraag.
De heer VAN DEN EEDEN heeft bij geruchte vernomen, dat er
ongunstige perspectieven zijn voor de bouw van woningwetwoningen.
De vrees ontstaat, dat er in de naaste toekomst te weinig woningen
zullen worden gebouwd voor de minder draagkrachtigen. Gaarne zou
hij hierover worden ingelicht.
De heer KRAMERS wijst erop, dat een van de woningen grenzende
aan het gemeentemuseum zeer intensief wordt bewoond. Hij vreest hier
brandgevaar voor het museum, terwijl ook een dergelijke bezetting van
een oud pand gevaar voor de bewoners oplevert.
De heer RATTINK verzoekt aandacht voor het zeer drukke verkeer
op Zaterdagmiddag in de Karrestraat. Tengevolge van de smalle trottoirs
zijn de vele winkelende voetgangers gedwongen op de rijweg te lopen,
zodat het rijdende verkeer zich slechts moeizaam door deze menigte een
weg kan banen. Hij stelt voor deze straat op Zaterdagmiddagen voor
het rijdende verkeer te sluiten.
De heer VAN DE NOORT vraagt aandacht voor een reclamebord
ter hoogte van de kruising Dr StruyckenstraatOranjeboomstraat. Dit
bord is een belemmering voor het uitzicht van het verkeer. Spreker
verzoekt dit bord te verwijderen of hoger te plaatsen.
