14
11 JANUARI 1956
Spreker voelt er niet veel voor het voorstel van de heer Vermeulen om
de zaak aan te houden, over te nemen. Het college van Burgemeester en
Wethouders heeft zich bereid verklaard de onderhandelingen met de
bioscoophouders te heropenen. Indien er aanleiding voor bestaat zal het
college gaarne toegevendheid betonen. Spreker zal zich over dit vraag
stuk terdege oriënteren. Ook de opvattingen van de Subsidiecommissie
zullen hierbij een rol spelen. Thans stellen Burgemeester en Wethouders
voor ten aanzien van de bioscopen de toestand te laten zoals hij is.
Mocht wijziging nodig zijn, dan kunnen Burgemeester en Wethouders
later met een nieuw voorstel komen. De andere punten, waarover de
verordening spreekt zijn reeds verwerkt in de begroting 1956. Wijziging
hierin zal dus weer moeilijkheden veroorzaken met hogerhand.
Het standpunt van de heer Nieuwlaat t.a.v. danspartijen kan spreker
tot op zekere hoogte ook innemen. Het is echter niet mogelijk het dansen
volkomen te verbieden. Wel dient het dansen goed te worden geregle
menteerd. Er zijn in deze gemeente verenigingen, welke zich daarvoor
inspannen, waarbij hij speciaal een bepaalde vereniging op het oog heeft.
De jeugd wil nu eenmaal dansen en liet gaat niet aan haar deze moge
lijkheid te ontnemen. Voor het werk van de verenigingen is de hoge
belasting een hinderpaal. Er blijft thans niet voldoende over om een
sluitende exploitatie te verkrijgen. Het is een taak van het gemeente
bestuur de verenigingen in staat te stellen haar doel te bereiken. Het
kan zijn dat het politietoezicht niet voldoende is. Het is echter bekend,
dat het politie-apparaat voor deze gemeente niet voldoende is. Het clan
destien dansen moet zoveel mogelijk worden tegengegaan. In deze ge
meente moet worden voorkomen, dat toestanden ontstaan als in Den
Haag, waar leerlingen van middelbare en u.l.o.-scholen danspartijen
organiseren in gesloten huizen en zonder toezicht. Spreker wil de Raad
in overweging geven dit voorstel aan te nemen. Leidt het overleg met
de bioscoophouders tot een nieuw voorstel, dan kan dit alsnog worden
ingediend.
De heer VERMEULEN merkt op, dat de Raad bij aanvaarding van
dit voorstel weliswaar niets wijzigt t.a.v. de bioscopen, doch wel uit
spraak doet. Spreker acht het beter eerst te overleggen met de bioscoop
houders.
De heer NIEUWLAAT zegt, dat het niet zijn bedoeling is de bonafide
verenigingen iets in de weg te leggen. Desnoods verlaagt men voor deze
verenigingen de belasting nog meer. Het gaat bij hem over de danszaal
exploitanten, die uitsluitend met een winstoogmerk gelegenheid geven
tot dansen.
De heer KLOMPERS zegt, dat de wethouder wel enige cijfers over de
opbrengst e.d. heeft gegeven, doch dat hij heeft gezwegen over de ge
stegen huur van films, verhoging van lonen, verhoging van inkomsten
belasting, verstrekken van pensioenen e.d. Gaarne zou hij van de wet
houder hierover wat meer horen.
De heer VAN BIJNEN bliift het onprettig vinden, als de Raad zou
beslissen zonder eerst de exploitanten te horen. Desnoods aanvaarde men
het voorstel doch zonder het gedeelte, dat op de bioscopen betrekking
heeft.
Wethouder MEIJS antwoordt, dat Burgemeester en Wethouders op de
gegevens, welke de heer Klompers vraagt, nu net zitten te wachten.
Burgemeester en Wethouders weten van een verhoging der exploitatie
kosten niets af, omdat antwoord op de desbetreffende vraag achterwege
is gebleven.