11 JULI 1956 169 Voorts zegt spreker, dat hij niet bevredigd is door het antwoord van de wethouder op zijn vraag inzake de aanleg en het beheer van de rolschaatsenbaan op particulier terrein. Spreker wil weten welke con sequenties er vastzitten aan het verlenen van de gevraagde kredieten. Wethouder STUBENROUCH vertrouwt er op, dat de voorgestelde op lossing aanvaardbaar zal zijn en dat zich geen moeilijkheden zullen voor doen. De Heer VERMEULEN zegt, dat hij gaarne stemming heeft over het voorstel van Burgemeester en Wethouders voor zover dit betreft het krediet van 17.000,voor de aanleg van een rolschaatsenbaan. De VOORZITTER merkt op, dat Burgemeester en Wethouders de voorwaarden waarop een overeenkomt t.a.v. deze rolschaatsenbaan zal worden gesloten, ter kennis van de Raad zullen brengen. De Heer BASTIAANSEN zegt volkomen op de diligentie van Burge meester en Wethouders te vertrouwen. De Heer TOXOPEUS zegt, dat zoiets altijd kan mislopen. Burge meester en Wethouders zijn echter slim genoeg om deze zaak te re gelen. Spreker zegt er geen prijs op te stellen thans te weten wat Bur gemeester en Wethouders gaan doen. Is het niet mogelijk, dat de raad thans de 17.000,voteert en dat Burgemeester en Wethouders niets doen alvorens over de voorwaarden volledig overeenstemming is bereikt. De VOORZITTER merkt op, dat als de rolschaatsenbaan wordt aan gelegd deze bestemd is voor de jeugd en voor de gehele jeugd. Wethouder STUBENROUCH zegt, dat de speeltuinen altijd worden opgericht voor alle kinderen. Alle kinderen kunnen hiervan gebruik ma ken. De ouders van de kinderen kunnen gezamenlijk een comité for meren, dat onder supervisie van Openbare Werken de speeltuin beheert. Het is en blijft een principe van het college, dat de speeltuinen voor alle kinderen uit de wijk bestemd zijn. Al wordt dan de rolschaatsenbaan in Princcnhage op particulier terrein gelegd, dan blijft zij toch voor alle kinderen uit de wijk toegankelijk. De Heer VERMEULEN zegt nog, dat de opmerking van Openbare Werken is gedateerd 12 mei; de bevestiging van het comité dateert van 12 juli. Er was dus ruimschoots tijd om de vragen van Openbare Wer ken te beantwoorden en een behoorlijk beredeneerd verslag aan de Raad over te leggen. De VOORZITTER vraagt of de Heer Vermeulen bereid is gezien de grote belangen welke van een spoedige beslissing afhangen zijn stem aan het voorstel te geven. De Heer VERMEULEN antwoordt bevestigend. De Raad besluit overeenkomstig het voorstel. 10c. Schrijven A. Akkermans aanleg voetbalvelden. Overeenkomstig het preadvies wordt besloten. 11a. t/m h. Diverse aankopen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 169