188 8 AUGUSTUS 1956 De heer MENDES juicht het voorstel van harte toe. Hij vraagt of met dit voorstel een begin van uitvoering wordt gegeven aan sprekers voor stel van 9 december 1954. Toen is dat niet in behandeling genomen; nu is er blijkbaar een begin van uitvoering aan gegeven. De heer MOL zegt dat de geijsers in de geventileerde douchecel worden geplaatst. Aan het apparaat zelf zit de tapkraan. De heer VERMEULEN heeft in de Raad al meermalen gesproken over het huurbeleid van het woningbedrijf. Thans wordt voor deze wo ningen weer een huurverhoging voorgesteld. Een vergelijking met andere woningen valt wel zeer ongelijk uit. Het antwoord van Burgemeester en Wethouders is steeds hetzelfde; de hoge bouwkosten van destijds zijn oorzaak van deze ongelijke huren en het college is dan ook niet bij machte iets te doen. Spreker is het hier niet mee eens. Hij blijft een voorstander van het egaliseren der huren, zodat deze in verhouding komen te staan tot de gebruikswaarde der woningen. Hij verzoekt Bur gemeester en Wethouders deze aangelegenheid serieus te bezien. De heer BRINKERHOF is in de bouwcommissie wel akkoord gegaan met het voorstel. Nadien heeft hij zich afgevraagd of het wel nood zakelijk is, dat de huurders deze kosten geheel moeten dragen. In 1947 waren er plannen om deze woningen compleet met douchecel op te leveren. De Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting heeft echter op die plannen besnoeid en deze woningen „uitgekleed". Spreker heeft destijds op Schoolakker eens een kijkje genomen. De stukadoor meende dat de desbetreffende ruimte niet als douchecel werd gemaakt. De op zichter wees dit terug op bezuiniging, evenals het vervallen der balkons en zolders, terwijl voor de gangen ander materiaal werd gebruikt. Nu is er een voorstel om deze huurverhoging goed te keuren; destijds zou het veel goedkoper zijn uitgekomen. Zou de regering hier niet een bijdrage kunnen verlenen? Wethouder MEIJS wil de vraag van de heer Sondermeijer inzake de lavetten allereerst beantwoorden. Inderdaad zou dit wel mogelijk zijn als men niet ot> kosten behoefde te zien. Allereerst is het de bedoeling de douchecellen bruikbaar te maken, temeer omdat deze woningen geen wastafels hebben. De kosten moeten nu niet hoger worden dan strikt noodzakelijk is. Wat er nu ligt is slechts een voorstel; bij de uitvoering zijn Burgemeester en Wethouders afhankelijk van de opvattingen van de huurders. Het verschil in huurprijs als eventueel een lavet wordt aangebracht, kan spreker nog niet opgeven. Verdere voorzieningen kun nen altijd later nog worden getroffen. Met betrekking tot de gestelde vraag over een tapkraan heeft de heer Mol reeds antwoord gegeven. De heer Vermeulen heeft erop gewezen dat de gebruikswaarde dezer woningen veel minder is dan die van nieuwe woningen. Gelukkig zijn de wettelijke voorschriften nu gunstiger geworden; hoe men er ook over denkt, het is niet de taak van de raad parlement en minister op de vingers te tikken. Spreker is het eens met de heer Brinkerhof dat deze voorzieningen tijdens de bouw der woningen getroffen hadden kunnen worden, waardoor de kosten lager zouden zijn geweest. In ieder geval gaat de gemeente nu trachten de gebruikswaarde dezer woningen te ver groten. Een inzicht in de huurverschillen is niet zo zonder meer te geven. Het college is reeds vroeger met dit probleem doende geweest. Het blijft uiteraard zeer moeilijk een ieder te bevredigen. Als er nog mogelijkheden zijn zal het college die zeker gebruiken. De heer MENDES zal nog gaarne antwoord hebben op de door hem gestelde vraag.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 188