12 SEPTEMBER 1956 233 houders maatregelen te nemen ook de Valkenierslaan te doen vegen door de reinigingsdienst. In het laantje, dat de verbinding vormt tussen de Valkenierslaan en de Overakkerstraat, lijkt de opslagplaats van de firma van Steen een complete vuilnisbelt. Spreker vraagt Burgemeester en Wethouders maat regelen te treffen tot het opruimen van deze vuilnisbelt. Mejuffrouw t' SAS zegt, dat voor de Ginnekenmarkt een stopverbod bestaat, dat blijkbaar niet van kracht is voor de naaste omgeving van de pomp! Rond de pomp op de markt staan altijd wagens geparkeerd. Spreekster wijst op een goed in de nabijheid liggend parkeerterrein nl. aan de Viandenlaan. Dit terrein zou echter verhard moeten worden. Spreekster vraagt hiertoe maatregelen te nemen, opdat men verlost wordt van het parkeren rondom de pomp op de Ginnekenmarkt. De heer VAN DEN EEDEN vraagt aan het einde van de Vuchtstraat een lichtpunt te plaatsen. Het is er nog al donker, waardoor reeds iemand tegen een afscheidingshaag is gereden. De vooroorlogse complexen aan de Haagweg van de bouwvereniging „St. Joseph" hebben een brede doorgang, waarin tot 1942 's avonds een gaslantaarn brandde. Door de Duitsers zijn deze lantaarns weggehaald en tot op heden is er nog geen verlichting in deze doorgangen. Spreker vraagt de verlichting wederom te doen aanbrengen. De heer KRAMERS wijst op het parkeren van auto's en wagens in de Brugstraten. Spreker kwam hedenmiddag door de Korte Brugstraat, waar een wagen van bijzondere breedte stond geparkeerd. Andere wagens kon den alleen passeren over het trottoir. Spreker vraagt of er geen maximum breedte voor wagens in de zeer enge binnenstad is voorgeschreven. Zo niet, dan vraagt spreker hiervoor maatregelen te treffen. Mejuffrouw KOPPELAAR zegt dat in de Duivelsbruglaan aan beide zijden regelmatig geparkeerd wordt. Hierdoor ontstaan regelmatig opstop pingen in deze laan, vooral omdat de stadsdienst van de B.B.A. moet passeren. Spreekster vraagt aan één zijde van de Duivelsbruglaan een parkeerverbod in te voeren. De heer LAUWERIJSSEN vraagt aandacht voor de wegen buiten de bebouwde kom van de gemeente. Er ligt reeds geruime tijd voldoende puin om deze wegen in orde te maken. Tot het uitvoeren van deze werk zaamheden komt het echter niet. Spreker vraagt Burgemeester en Wet houders deze wegen op korte termijn in orde te doen maken. Wegens het gestorte puin blijft het jaarlijkse onderhoud nu waarschijnlijk ook achterwege. De betreffende wegen komen daardoor in een minder bruik bare positie. Tenslotte vraagt spreker een onderzoek te doen instellen naar de vol gende pijnlijke affaire. Op 1 september j.l. heeft een deurwaarder in de Heilaarstraat moeten optreden tegen een schuldenaar. Deze man is ter plaatse dood gebleven. Spreker wenst geen verwijt uit te spreken aan het adres van de deurwaarder, doch hij zou gaarne hier de schuldvraag stellen. De VOORZITTER ontneemt de heer Lauwerijssen het woord, omdat deze affaire een justitiële zaa-tfjs^en geen gemeentelijke. Hierna sluit de De TER om 17.45 uur de vergadering. De Voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 233