17 OKTOBER 1956 251
De heer BLIEK merkt op dat uit het voorstel niet blijkt wat de be
stemming van het terrein is.
Wethouder JONGBLOED antwoordt dat het terrein zal worden ver
huurd.
Hierna besluit de Raad overeenkomstig het voorstel.
26. Begrotingswijzigingen.
De heer KOOLS vraagt na te gaan of in de huurovereenkomst met de
P.T.T. iets geregeld is omtrent het onderhoud van de centrale verwar
ming.
De VOORZITTER zegt toe dit nog te zullen doen nagaan.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
27 a. Verhoging der gastarieven.
b. Aanschaffing van enige werktuigen ten behoeve van het gasbedrijf.
De Raad besluit overeenkomstig deze voorstellen.
c. Diverse kapitaalsaanschaffingen ten behoeve van het Vervoerbedrijf.
De heer KOOLS vraagt of de uitbreiding van het aantal sneeuwploe
gen zal leiden tot het sneeuwruimen op de buitenwegen.
Wethouder MEIJS kan dit niet toezeggen, omdat de voorgestelde aan
schaffing alleen vervanging van versleten sneeuwploegen betreft.
Hierna besluit de Raad overeenkomstig het voorstel.
d. Een nieuwe overeenkomst met de Staat der Nederlanden inzake
de waterwinplaatsen onder Dorst.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
28. Een uitkering ineens over het tijdvak 1 sept. 1956 tot 1 jan. 1957
aan de secretarissen, ontvangers en ambtenaren van de burgerlijke stand.
De Raad besluit overeenkomstig dit preadvies.
29. 6°/o Salaris- en loonsverhoging.
De heer VAN BIJNEN dankt het college van Burgemeester en Wet
houders voor de spoed, die met het voorstel is betracht. Hij feliciteert
de ambtenaren met het besluit tot deze salarisverhoging.
Mejuffrouw KOPPELAAR vraagt of de wethouders ook aanspraak
kunnen maken op 6°/o salarisverhoging.
De VOORZITTER antwoordt dat de wethouderssalarissen niet door
de Raad worden vastgesteld.
Hierna besluit de Raad overeenkomstig het voorstel.
30. Ontslag C. Th. Lohmann.