14 NOVEMBER 1956 289 De VOORZITTER acht het van belang, dat de mogelijkheid open blijft, dat de opbrengst van het oude gebouw niet voor aflossing bestemd wordt. Het boete-beding kan wel eens zo zwaar zijn, dat het beter is te wachten met aflossing. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel besloten. Wethouder MEIJS zegt, dat hij in de commissie nutsbedrijven heeft besproken een krediet voor het aanbrengen van een noodverlichting in het Brabantpark. De commissie is met het verlenen van dit krediet akkoord. De kosten van de noodverlichting bedragen 5.000,Hiervan zal materiaal tot een bedrag van 2.500,- nog bruikbaar zijn voor de definitieve verlichting. In verband met de haast, welke in deze betracht moet worden, vraagt hij de Raad hiervoor dit krediet beschikbaar te stellen. De Raad besluit overeenkomstig dit voorstel. Rondvraag. De heer HULSKRAMER verzoekt de aandacht voor het kruispunt Leursebaan-Acaciastraat-Lariksstraat. Op de hoek bevindt zich een hoge heg, welke het uitzicht belemmert. Daar op dit punt nog al veel kinderen passeren, is verbetering van het uitzicht noodzakelijk. Spreker vraagt of Burgemeester en Wethouders hieraan de nodige aandacht willen be steden. Mevrouw VAN MIERLO zegt dat zich aan de ingang van het fietspad in het Valkenberg bij de mideetgolfbaan een verzakking bevindt, welke zeer hinderlijk is voor de vele wielrijders die hier passeren. Spreekster vraagt of dit euvel kan worden verholpen. De heer VAN BIJNEN verzoekt de beslissing op de aanvrage van Van Dijk's Houthandel om een hinderwetsvergunning zo spoedig mogelijk ter kennis van de Raad te brengen, opdat spreker in de gelegenheid zal zijn de omwonenden, die bezwaren hebben ingebracht eventueel te hel pen bij het indienen van een beroepsschrift bij de Kroon. Mejuffrouw KOPPELAAR zegt, dat de noodlokalen aan de Leeuwerik straat ontruimd zijn door de Kleuterschool, doch dal het wijkwerk daar nog steeds gehuisvest is in de andere helft van het gebouw. Spreekster verzoekt de aandacht van het college voor de situatie waarin het wijk werk verkeert. Voorts verzoekt spreekster in het woonwagenkamp een aantal brand weerslangen aan te brengen, zoals deze ook in ziekenhuizen beschikbaar zijn. Een openbare brandmelder acht zij niet voldoende. Burgemeester en Wethouders kunnen er vast op rekenen, dat de kampbewoners dit slan genmateriaal zorgvuldig zullen beheren en verzorgen. Tenslotte vraagt spreekster hoe het staat met de medewerking van vrouwelijke vrijwilligers in de dienst sociale verzorging van de B.B. Mejuffrouw T' SAS dankt Burgemeester en Wethouders voor het schriftelijk antwoord, dat zij heeft gekregen betreffende de verkeers situatie op de Ginnekenmarkt. In verband hiermede vraagt zij de open plaats aan de Viandenlaan, welke te bereiken is via de Raadhuisstraat en op ongeveer 50 meter van de Ginnekenmarkt is gelegen in te richten als parkeerterrein. Het is gewenst hierbij enige spoed te betrachten in verband met het natte seizoen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 289