298 12 DECEMBER 1956 dat in dit geval het systeem van de draadomroep zal worden gevolgd, zodat degenen, die op het centrale systeem zijn aangesloten ook zullen moeten betalen in de kosten daarvan. Bovendien wordt dit complex reeds door 40 gezinnen bewoond. Hij stelt Burgemeester en Wethouders voor het voorstel terug te nemen en nadat alle woningen zijn bezet de kwestie opnieuw te bekijken. Mejuffrouw t' SAS zegt, dat zij de bouwcommissievergadering, waarin dit voorstel is behandeld, niet heeft bijgewoond. Dat de aanleg .van het centrale antennesysteem voor alle bewoners de konsekvventie inhoudt van huurverhoging, acht spreekster niet juist. Bij verbetering aan woningen gepaard gaande met een huurverhoging wordt immer een enquete ge houden. Televisie is een luxe en hierin zijn de bewoners niet gekend Spreekster stelt voor dit voorstel aan te houden. De heer BLIEK merkt op, dat het centrale antennesysteem niet 'alleen voor televisie is doch ook voor radio-ontvangst A.M. en F.M., die de normale ontvangst verdringt. Spreker is van mening, dat televisie in de komende jaren de grote massa zal bereiken. Hij acht een huurverhoging van 15,per jaar, gezien de aanschaffing van het systeem, zeer laag. Spreker kan zich met het voorstel verenigen. De heer LOOMANS zegt dezelfde bezwaren als Mejuffrouw t' Sas en de heer Hulskramer te hebben tegen het voorstel. De heer MOL zegt dat hij de vergadering van de bouwcommissie niet heeft kunnen bijwonen en hij is van mening, dat veel antennes op het dak van een flatgebouw ontsierend werken. In principe kan hij zich met het voorstel van Burgemeester en Wethouders verenigen, ofschoon hij geschrokken is van het bedrag, dat met de aanleg gemoeid is. De aanleg van één mast kost ongeveer 150,Spreker meent dat de aanleg van een centrale antennemast voordeliger zou moeten zijn. Gaarne zou hij hierover nog nadere inlichtingen ontvangen. De heer BRINKERHOF heeft in de Bouwcommissie zijn stem voor behouden. Dat bewoners, die geen aansluiting op het centrale systeem bezitten, toch de huurverhoging moeten betalen, acht hjj onjuist. Spreker steunt het voorstel van de heer Hulskramer. De heer WEZENBEEK schaart zich achter de sprekers, die huur verhoging voor de bewoners, die de centrale mast niet gebruiken, on billijk vinden. Een centrale mast komt alleen het aanzicht van het bouw werk ten goede. Spreker wil daarom de suggestie doen bij het nog niet gereedgekomen deel van het bouwwerk met de in de toekomst aan te leggen binnenleidingen rekening te houden. Hij stelt eveneens voor het voorstel aan te houden. De heer VERMEULEN zegt, dat het besturen van een gemeente moeilijk is, omdat men daarbij het oog op de toekomst gericht moet houden. Hij kan zich met de heren Mol en Bliek verenigen: Voor een stad als Breda kan hij een woud van televisieantennes niet mooi vinden. Spreker acht de aanleg van de centrale mast een service voor de be woners, van wie in de toekomst vele een televisietoestel zullen aan schaffen. Spreker kan zich volkomen met het voorstel verenigen. Wethouder JONGBLOED zegt, dat een Frans spreekwoord luidt: „Gouvemer c'est prevoir" of vertaald: „regeren is vooruitzien". Jaren geleden gold het standpunt: als de gemeente maar meer woningen be-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 298