300 12 DECEMBER 1956 ders bewoond zal worden, die over het algemeen geen televisietoestel bezitten. De heer BLIEK brengt nogmaals onder de aandacht, dat het centrale antenne-systeem niet alleen bedoeld is voor televisie-ontvangst doch ook voor A.M. en F.M. radio-ontvangst. De heer WEZENBEEK zegt, dat Wethouder Jongbloed een goede visie heeft op deze aangelegenheid, doch hij geeft Burgemeester en Wethouders in overweging de aanleg van het centrale antenne-systeem uit te stellen tot inzicht is verkregen hoeveel bewoners van het flatgebouw van de centrale gebruik wensen te maken. De kosten waren dan over de deelnemers om te slaan. Wethouder JONGBLOED benadrukt de woorden van de heer Bliek, dat ook in de toekomst de antenne voor radio-ontvangst nodig zal zijn. De F.M. en A.M.-ontvangst verdringt de normale ontvangst reeds meer en meer. Over 10 of 20 jaar zal in geen enkel huisgezin een televisie toestel! meer ontbreken zoals dit thans met een radiotoestel het geval is. Inderdaad is het vervelend voor de bewoners, die geen televisie-toestel bezitten in de kosten van het centrale systeem te moeten betalen, doch, indien men over een radio beschikt, kan men ook van het systeem ge bruik maken. De kosten van het aanbrengen van een eigen antenne kunnen geschat worden op 200.-. De bewoonbaarheid van deze wo ningen staat of valt niet met het aanbrengen van het centrale systeem. Deze arbeiderswoningen moeten, volgens spreker, ook in de toekomst de bewoners waard blijven. Indien men een omslag van de kosten over de werkelijke gebruikers van het centrale systeem wenst, dan zal men toch ook in ogenschouw moeten nemen, dat de opvolger de lasten van zijn voorganger over zal moeten nemen. Spreker zegt, dat de Raad zal moeten beslissen over het al of niet aanbrengen van deze centrale voorzieningen. Tenslotte wil hij opmerken, dat ook in de zgn. sterflat centrale voorzieningen zijn aangebracht. Wethouder MEIJS merkt op, dat hij de heer Mol kan begrijpen, wan neer hij zegt, dat het tijdstip waarop de convocatie voor een vergadering der bouwcommissie wordt ontvangen, de te nemen besluiten kan be- invloeden. Deze en andere commissies van bijstand zijn voor de voor lichting aan de fractieleden buiten de raadsvergaderingen. Indien de afwezige leden van een commissie in de raadsvergadering het woord kunnen voeren, zou dit een premie zijn voor het niet bezoeken van de commissie-vergaderingen. Vanzelfsprekend geldt dit niet voor de leden, die hun stem hebben voorbehouden. De VOORZITTER sluit de discussie en stelt voor tot stemming over te gaan. Na gehouden stemming blijkt, dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders is aangenomen met 22 stemmen voor en 10 stemmen tegen. Vóór stemden; Mevrouw Slot, Mej. Koppelaar en de heren ICamphuijs, Vermeulen, Verschuren, Brinkerhof, Bastiaansen, Jongbloed, Mol, van Bijnen, Minderhoud, Kroon, Nieuwlaat, Rattink, Meijs, Kramers, Bliek, Romsom, Stubenrouch, Mendes, Samson en Lossez. Tegen stemden: Mevrouw van Mierlo, Mej. t' Sas en de heren Lauwe- rijssen, Wezenbeek, van Boxtel, Klompers, v. d. Eeden, Hulskramer, v. d. Noort en Loomans. 9. Subsidie Stichting Verladersbelangen Binnenscheepvaart Noord- Brabant.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 300