12 DECEMBER 1956
313
De heer LOSSEZ vraagt of Openbare Werken het werk zelf uitvoert
of dat het werk zal worden aanbesteed.
De heer JONGBLOED zegt, dat het niet in de bedoeling ligt dat de
dienst van Openbare Werken de werkzaamheden zelf uitvoert. Door
deze dienst zal echter wel de directie worden gevoerd.
De mededeling van Burgemeester en Wethouders wordt voor
kennisgeving aangenomen.
Wethouder STUBENROUCH doet nog nadere mededelingen over het
gevraagde krediet ad 3.000,voor de bouw van de school aan de
Havermansstraat.
Bij de grondwerkzaamheden is gebleken, dat een andere funderings
methode moest worden gevolgd, waardoor langer moest worden gewerkt.
Het gaf dus meer werk aan de aannemer, doch ook aan de architect en
aan de opzichter.
Het voorstel betreffende de akoestiek van de gymnastiekzaal aan de
Keizerstraat wordt thans voor de le keer aan de Raad voorgelegd.
De heer VERMEULEN zou het op prijs stellen dat in het vervolg
dergelijke kredieten bij afzonderlijk voorstel worden voorgelegd.
Wethouder STUBENROUCH merkt nog op, dat bij elke begrotings
wijziging een toelichting is gevoegd.
Rondvraag.
De heer VERSCHUREN zegt: bij raadsbesluit d.d. 11 januari 1956 is
een krediet ad 472.000,beschikbaar gesteld voor verbetering van
verschillende landwegen. Met de uitvoering van deze werken vordert
men snel. Een woord van dank aan Uw College en de gemeentelijke
diensten van openbare werken en lichtbedrijven acht ik hier op zijn
plaats.
In dit krediet was ook begrepen de verbetering van de Heilaarstraat
en de Jan Klaassenstraat. De oude bestrating van de Heilaarstraat zou
gebruikt worden voor de verharding en verbreding van de Jan Klaassen
straat, waarvan het wegdek slecht is. Gaarne zou ik van Burgemeester
en Wethouders vernemen wanneer deze plannen uitgevoerd zullen
worden.
De heer VAN DE NOORT zegt in een personeelsblad van een groot
bedrijf in de gemeente Breda gelezen te hebben, dat het niet mogelijk
is grond voor de bouw van woningen voor het personeel tegen een be
hoorlijke prijs te kopen. De directie kan echter wel voor hun plannen
slagen in de gemeente Prinsenbeek. Het is echter gebleken, dat de bouw
grond op 7 km afstand van de fabriek gelegen is.
Spreker vraagt wat de reden is dat in de gemeente Breda geen bouw
grond voor woningen tegen een behoorlijke prijs te koop is.
De heer MINDERHOUD zegt dat enige tijd geleden in de Oosterstraat
op 50 meter van de Haagweg 2 bewoonde woonwagens en 1 vrachtwagen
een standplaats hebben ingenomen. Hij acht dit voor de omgeving niet
aantrekkelijk. Spreker vraagt of deze wagens de gehele winter zullen
blijven staan.
Bovendien brengt spreker onder de aandacht, dat Burgemeester en
Wethouders nog geen preadvies hebben uitgebracht op het verzoek van