12 DECEMBER 1956 351 meenschap ten goede. Ik hoop dan ook dat het College van Burgemeester en Wethouders en de Edelachtbare Dames en Heren leden van de Raad dit in haar geheugen mag worden gegrift, vooral als eens een beroep op hen wordt gedaan in welke zin ook. Ik persoonlijk doel vooral op een zo min mogelijk ontreinigen van de waterlopen en ontwaterings kanalen en ik denk hier vooral aan de Klokkenberg. Ook verwacht ik, dat de gemeentepolitie grondig op de hoogte wordt gebracht met de voorschriften betreffende bestrijding epidemische ziek ten, vooral mond- en klauwzeer, en vooral actief optreden. Wij zitten hier kort aan de grens. De veterinaire keuringsdienst verricht hier een voorbeeldig werk. Mijn beschouwing over de dienst Sociale Zaken, Mijnheer de Voorzitter, wil ik aldus houden. Bij het vervullen van militaire dienstplicht eerste oefening, van zonen van kleine zelfstandigen, moet van het standpunt worden uitgegaan, dat hier in de meeste gevallen winstderving wordt geleden en dat het juist die jaren zijn voor de kleine zelfstandige, dat hij wat aan zijn kinderen begint te hebben. Er moet dan vaak nog voor jeugdige kinderen worden gezorgd. Het toch al karige bestaan van zulke kleine zelfstandigen laat niet toe zich verder te ontplooien en het moeten juist die jaren zijn, dat zulke zelfstandigen wat vooruit komen. Het bedrijf is er op gericht, dat de zoon of zonen in het bedrijf zijn opgenomen. Resultaat: vaste lasten hetzelfde, aan vervangingspersoneel is niet te komen en te duur, gevolg: harder werken en minder verdienen. Laat dit vooral geen reden worden om hun zoons te doen onttrekken aan de militaire dienst. Laat vooral de afwikkeling kostwinnersvergoeding vlug en soepel plaats heb ben. Bij deze zelfstandigen draait de ambtelijke molen betreffende kost winnersvergoeding, erg langzaam. Elektriciteit. Mijnheer de Voorzitter, het verheugt mij, dat de straatverlichting voor buitenwegen ook ter hand is genomen, alhoewel ik het met Uw antwoord op het centraal rapport niet eens ben betreffende de plaatsing van de lichtmasten aan een gedeelte Overaseweg ter plaatse Prinsenpiassen. Deze masten hadden volgens mij best korter naar de kant kunnen staan. Het verbaast mij ook, dat een weg, die zijn naam ontleent aan de bevrijders van Breda (Poolseweg) gedeeltelijk van straatverlichting blijft verstoken tot op heden. Het antwoord wat betreft Willem van Oranjelaan, kan ik aannemen. Waterleiding. Mijnheer de Voorzitter. Ik mag veronderstellen, dat de verhouding tussen de gemeentelijke waterleiding en West-Brabantse goed is. Toch verneem ik klachten van nieuwe abonné's van de West-Brabantse, dat, alhoewel reeds lang de aanlegkosten zijn betaald, er maar geen aanslui ting komt. De argumenten, die de West-Brabantse naar voren brengt zijn zo gering, dat het de abonné's tot ontevredenheid brengt. In mijn algemene beschouwing over het vervoerbedrijf, Mijnheer de Voorzitter, moet ik mijn dankbaarheid uitspreken met welk een voortvarendheid vorige winter het sneeuwruimen is ter hand genomen zo ook het zout strooien. Wat mij ook bijzonder verheugde was de actie vorige winter ondernomen voor voedering van de vogels. Nu er thans sprake is van een veevoederschaarste, zou ik Uw College willen verzoeken al het nodige ter hand te nemen deze schaarste te hel pen lenigen. En ik betreur bet vooral voor aanstaande winter, dat de bindende regeling, als mogen er geen keukenafval en aardappelschillen in de vuilnisemmers worden gedeponeerd, niet meer van kracht is. Openbaar Slachthuis. Mijnheer de Voorzitter. Het strekt de leiding van het openbaar slacht huis tot eer, dat ik als agrariër-veehandelaar geen enkele klacht kan laten horen, noch over de leiding, noch over het personeel. En de chauf-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1956 | | pagina 351